2005, Ierland - Scotland - Reisverslag uit Galway, Ierland van Rob en Sil - WaarBenJij.nu 2005, Ierland - Scotland - Reisverslag uit Galway, Ierland van Rob en Sil - WaarBenJij.nu

2005, Ierland - Scotland

Door: Rob

Blijf op de hoogte en volg Rob en Sil

16 Juli 2005 | Ierland, Galway

Zaterdag, 16-7-2005. Vakantie !! om 06.30 loopt de wekker af en vlug opstaan, want we hebben er echt zin in. De planning is om 08.00 uur vertrekken. Dit wordt 08.30 uur, aangezien de Fat Boy niet start. De accu is leeg. maar uiteindelijk kunnen we op weg en zwaaien we nog even naar Piet en Nel. Op naar Calais, waar we de boot van 14.15 uur geboekt hebben. Via de A50 en A67 komen we in België op de E34 naar Antwerpen. De reis verloopt vlotter als verwacht. Zelfs op de rondweg in Antwerpen is het erg rustig. De E17 voert ons verder door België naar de Franse grens. Het laatste stukje Frankrijk is over de A26 zo gepiept. Het verloopt zelfs zo vlot dat we om 11.30 uur al in Calais aankomen. We gaan eerst even een kop koffie drinken om ons vervolgens in te checken. We moeten bij gate 163 van Sea-France zijn, maar ik zie diverse motorrijders en sluit me daar bij aan. Dat die bij gate 25 van P[e-38]O staan, maakt me niet zo veel uit. Nadat we op de goede plek zijn aangekomen, moeten we op de boot wachten en kunnen we wat gaan rond neuzen. Nadat de boot is aangemeerd en geladen, kunnen we de zee op, die erg rustig is. We zijn dan na 2 uur ook al in Dover. We hebben wel 1 uur winst i.v.m. het tijdsverschil. We moeten wel goed opletten, want links rijden zijn we niet gewend. Vandaag wordt een saaie dag met veel asfalt onder de wielen door. We vervolgen de M20, daarna een klein stukje M26, die vervolgens weer overgaat in de M25, de rondweg van Londen. We hebben nog niet genoeg en pakken bij Slough de M4 naar het westen. Ter hoogte van Bristol gaan we van de weg af en zoeken een B[e-38]B. jezus wat is het duur hier. £ 55 pond oftewel € 65,04 voor een nachtje. Als we een landweg oprijden komen we bij een soort van klein kasteeltje. Maar daar is de prijs £ 190 pond, dus we zijn meteen weer weg. Enkele km’s verderop vinden we een landelijke boerderijtje waar ook een B[e-38]B bordje bij staat. De prijs is £ 47 pond ( € 55,58) en daar doen we het maar voor. We leggen onze spullen op de kamer en gaan iets verderop in een pub eten. Zo rond 22.30 uur vallen we om, want we zijn toch wel moe. 656 km

Zondag, 17-7-2005. Om 07.30 uur laten we ons wekken. Wassen en een goed ontbijt. Om 08.30 uur gaan we weer op weg en brengt de M4 ons verder richting Fishguard voor de boot naar Ierland. Het weer is perfect en schieten we lekker op. Om 11.30 uur staan we al bij de haven. We tanken eerst nog even, maar dan knalt de luchtfilter er af. De boot is er pas om 14.30 uur en dus hoef ik me niet te vervelen tot die tijd. Ook na de reparatie heb ik nog tijd over om te doden, maar als de Stena Europe zich aanmeld zitten we vlug onder in het ruim. De motoren staan op een apart plaatsje waar ook speciale sjorbanden hangen. We sjorren onze bikes goed vast, zodat ze niet zeeziek worden. Daarna kunnen we naar het zonnedek. De overtocht duurt 3,5 uur, dus dat wordt een hele zit. Gelukkig is de zee weer rustig en kunnen we relaxen in de zon. Om 18.00 uur komen we aan in Rosslare. Wat een verschil in wegen met het grote eiland. Allemaal kuilen en grind. De wegwijzers zijn ook slecht te vinden. We gaan dan ook de mist in met de route en volgen we een vriendelijke automobilist die ons de weg wijst. We zoeken een camping op , maar de borden die we volgen zijn ineens verdwenen. Na wat informatie van de lokale bevolking, vinden we Fitzmaurice’s Caravan and Camping Park. Als we de tent hebben staan, gaan we eerst wat boodschappen doen bij de supermarkt. Na het eten zijn toch wel wat vermoeid en gaan we maar slapen. 337 km

Maandag, 18-7-2005. Een klein beetje uitgeslapen komen we om 10.30 uur ons zakje uit. Het heeft vannacht een paar keer goed geregend en als we naar buiten kijken, dan is het zwaar bewolkt. 5 minuten later trekt het weer open en zo wisselt het een zich af met het ander. Als we bijna alles ingepakt hebben, krijgen we een mals buitje, shit. Vandaag gaan we naar Killarney, waar “The Ring of Kerry” is. De Ring of Kerry is een populaire toeristische rondrit in Ierland. Het rondje wordt vaak per auto, touringcar of op de fiets afgelegd. De rit volgt de kust van het schiereiland Iveragh en ligt, zoals de naam al zegt, in County Kerry. Als uitgangsplaats wordt vaak Killarney gekozen, in een enkel geval Kenmare. De rit kan met de klok mee, of tegen de klok in worden gedaan. Men wordt echter aangeraden de rit tegen de klok in te rijden. De noordzijde van de route gaat langs de baai van Dingle, en plaatsen als Killorglin en Glenbeigh. Valentia Island is aan de oostzijde bereikbaar via een pont, aan de westzijde via een brug. Bezienswaardigheden op het eiland zijn Doulus Head, Bolus Head en zeker de Skellig-eilanden. De zuidbaai heet de Kenmare River en is toeristisch wellicht het mooist. Halverwege de Ring of Kerry komt men het plaatsje Waterville tegen. Filmster Charlie Chaplin verbleef regelmatig in deze plaats. Er is dan ook een levensgroot standbeeld van hem te bewonderen. Ten westen van Castlecove bevindt zich het Derrynane National Park, waar een botanische tuin is te bezichtigen met vegetatie uit onder andere Zuid-Amerika.Enkele kilometers na Castlecove bevindt zich het Staigue Fort, een cirkelvormig bouwwerk dat stamt van ca. 500 jaar voor Christus. De Gap of Dunloe is niet opgenomen in de Ring of Kerry. De Ladies View is aan de zuidzijde, in de buurt van Killarney te vinden. Hier is ook het Killarney National Park. Ross Castle bij Lough Leane geeft een mooi uitzicht op Killarney. Het is maar 210 km, maar echt opschieten doet het niet. Erg slecht wegen met veel kuilen en sporen. Het lijkt België wel. Onderweg hebben we nog wat buitjes, maar verder hebben we wel redelijk weer. Op dit moment maakt Ierland nog niet zo’n geweldige indruk op ons. Misschien hebben we al te veel gezien ? wat wel maf is zijn de hoge heggen meteen langs de weg, zodat je ook niks kunt zien. Onderweg trekken we onze regenpakken toch maar aan en rond 18.00 uur komen we in Killarney aan. We zetten onze tent op op Donoghues White Villa Farm Caravan Park. Na het eten gaan we douchen en bellen we in een telefooncel even naar het thuis front om te zeggen dat alles goed gaat. We gooien enkel Pence in de telefoon, want meer kleingeld hebben we niet. 8 seconde voor 0,50 eurocent. We hebben nog net kunnen zeggen hoe het is. Na enkele potjes kaarten, gaan we tevreden in onze slaapzakken. 222 km

Dinsdag, 19-7-2005. Om 08.00 weer op en we gaan op ons gemak ontbijten, want we hoeven niet in te pakken. We blijven nog een nacht extra. Vandaag gaan we de “Ring of Kerry” rijden. Het weer is niet al te best, maar we zien wel. Vandaag maakt Ierland voor het eerst indruk op ons. De “Ring of Kerry” is schitterend en we rijden over de smalste weggetjes die er zijn. Verkeer is er nauwelijks. Een paar fietsers en een paard met wagen, is alles wat we zowat gezien hebben. Na 1,5 uur rond hobbelen in de 1e en 2e versnelling, wordt het weer steeds slechter en moeten de regenpakken zelfs aan. De berg waar we heen willen ligt helemaal in de mist en daarom besluiten we om de grote route er omheen te nemen. Dit is ook nog mooi, althans wat je door de mist nog kunt zien. We stoppen onderweg om iets te eten en gaan dan weer verder. Het blijft de hele weg verder miezeren en op de terugweg gaan we meteen boodschappen doen en door naar de camping. We lezen en puzzelen nog wat en gaan dan vroeg pitten. 189 km.

Woensdag, 20-7-2005. Om 08.00 loopt het wekkertje af. Vlug eruit, ontbijten en inpakken. vandaag gaan we richting Limerick. Het is weer zwaar bewolkt en de temperatuur is niet erg hoog. Daar kunnen we ons op kleden, dus gelukkig is het wel droog. De N22 brengt ons naar Tralee, waar de weg overgaat in de N69. We rijden steeds meer langs de kust en dit geeft zeer mooie uitzichten over de zee, de baai en de hele kustlijn. We houden het de rest van de trip droog en zo rond 14.00 uur zijn we op camping Bunratty Castle [e-38] Folk Park. We schrijven ons in en laden de spullen af. Daarna gaan we naar Bunratty Castle, want dat is maar geopend tot 16.00 uur. Het kasteel stamt uit 1425 en is na jaren van verwaarlozing weer helemaal opgeknapt. Zodra je voet over de letterlijke drempel zet, waan je je daadwerkelijk in de wereld van toen. Oude meubels, nog oudere kunstwerken en een geweldige tour guide maken het plaatje compleet. Rondom het kasteel vind je nagebouwde huisjes vanaf de middeleeuwen tot aan halverwege de vorige eeuw. Net zoiets als wij in Arnhem het openlucht museum over Nederland hebben. Je kunt ’s avonds ook aanschuiven aan het banket, maar voor € 50,00 p.p. vind ik dit toch wel erg duur. Als we het kasteel en de omliggende dingen allemaal hebben bekeken, gaan we op de camping onze tent zetten. het luchtfilter is weer eens van de carburateur gesprongen en die moet ik er ook nog eens op gaan zetten. de rest van de avond lezen we wat, voordat we onze tent in duiken. 175 km

Donderdag, 21-7-2005. Het is 08.00 uur als de luiken weer open gaan. Het weer ziet er goed uit en de temperatuur voelt goed aan. Vlug inpakken dan maar. Om 09.00 uur zijn we weer op weg. De N19 brengt ons naar Ennis, waar we verder binnendoor over smalle weggetjes naar de kust rijden. Hier is het wel erg mooi rijden. Als we bij de “Cliffs of Moher” aankomen, trekt het weer helemaal dicht en door de mist is het zicht minimaal. De Klippen van Moher (Engels: Cliffs of Moher, Iers: Aillte an Mhothair), gelegen in het graafschap Clare in Ierland behoren tot de hoogste klipkusten in Europa. De klippen bestaan uit kalksteen en strekken zich uit over een lengte van acht kilometer aan de Ierse westkust, tussen de dorpen Doolin en Liscannor. De klippen grenzen aan de Burren. De klippen rijzen 120 meter op uit de Atlantische Oceaan bij Hag's Head. Het hoogste punt ligt op 214 m. Halverwege ligt O'Brien's Tower, een ronde stenen uitkijktoren, die in 1835 werd gebouwd door Cornelius O'Brien. Hij deed dat ten gerieve van de vele toeristen die ook toen al de klippen bezochten. Tegenwoordig behoren de klippen tot de meest bezochte plekken in Ierland. Vanuit O'Brien's Tower zijn bij helder weer de Araneilanden in de Baai van Galway en de Twelve Bens in het graafschap Galway goed te zien. De klippen zijn een goed voorbeeld van erosie door de zee. Men kan de sedimentaire lagen tellen en er liggen duizenden jaren aan geologie als een open boek klaar. De klippen zijn een natuurlijk monument van Ierland. We gaan toch naar boven, zoals zovelen, maar zien helemaal niks. We vermaken ons door naar de muzikanten te luisteren en gaan dan naar de shop om een kaart van de klippen te kopen. Als we de troubadours lang genoeg hebben aan gehoord, gaan we verder. Als we aan de andere kant terug kijken, kun je de laag hangende wolk goed zien hangen. Precies op de punt. Wel mooi voor een foto. Hier beneden is het weer perfect. Het zonnetje schijnt en dat maakt het rijden prettiger. De omgeving is mooi, alleen jammer van de wegen, daar mag nog wel iets aan gedaan worden. We volgen de kust verder en komen uit bij Galway. Hier begint de lucht weer te betrekken en vallen er weer druppels uit de bewolking. We gaan een camping zoeken, want hier hebben we geen zin in. Deze vinden we in Spiddal. De Ierse benaming voor deze camping is “Parc Saoire an Spideil”. We hebben de tent gezet voordat het echt los komt. Vervolgens lopen we 2 km terug naar het dorp, waar we in een pub lekker gaan eten. De Ierse pinten komen wel erg hard aan. Misschien dat de hoeveelheid er mee te maken heeft. Er zou life muziek zijn, maar dat wachten we niet af en lopen terug naar de camping. Intussen miezert het goed en gaan we enigszins beschonken ons mandje opzoeken. 163 km

Vrijdag, 22-7-2005. De wekker staat op 08.00 uur. Na het wassen en de koffie gaan we weer op pad. Het is nog steeds slecht weer. We hebben gekeken naar de vooruitzichten en dat was niet veel goeds. Daarom besluiten we om een snellere route binnendoor te nemen. Ons volgende overnachting plaats bereiken we door de N83 te volgen. We laten dan wel wat moois liggen, maar we blijven zo wel droog. Onderweg komen we nog een Nederlandse Truck tegen met spatlappen van mijn werkgever. Als we koffie staan te drinken bij een tankstation, komt ook hij hier aan om te lossen. Hij rijdt zich bijna klem tussen het tankstation en het muurtje van de buren. Het lukt hem tenslotte wel en nadat we wat hebben staan kletsen, is hij weer weg. Langzaam wordt onze route steeds mooier en in Carrowmore gaan we oude graf monumenten bekijken. “Carrowmore Megalithic Cemetery”, een soort van hunebedden. De megalieten van Carrowmore, ligt net ten zuidwesten van de stad Sligo, vormen het hart van het schiereiland Coolrea en zijn een van de grootste megalithische complexen van het oude Ierland. In deze regio kunt u een bezoek een van de grote heartlands van megalithische cultuur in West-Europa. Carrowmore is gelegen in het hart van het schiereiland, dat is in het hart van een goed bewaard gebleven megalithische landschap. Het schiereiland wordt begrensd door water aan drie kanten - Ballisodare Bay naar het zuiden, de Atlantische Oceaan in het westen en Sligo Bay naar het noorden. De prachtige steenhoop bedekte berg Knocknarea is 6 km naar het westen, terwijl de kleinere, maar even belangrijk Cairns Hill is 6 km naar het oosten. Er zijn 6 meer bergtop steenhopen op de toppen van de Ox-gebergte in het zuiden. Zevenentwintig monumenten blijven vandaag, in verschillende staten van bewaring. De resten van ten minste 65 monumenten zijn bekend, maar het werd gedacht door eerdere onderzoekers dat er maximaal kan zijn geweest tot 100 monumenten op Carrowmore. De sites werden zwaar beschadigd in de vroege jaren van de negentiende eeuw door de ontginning van delfstoffen. Hierna gaan we een camping opzoeken in Strandhill voor 2 nachten. In Strandhill is “Strandhill Caravan [e-38] Camping Park”. Hier staan we met onze tent op / in de duinen en hebben zo uitzicht op zee. We hebben al wat van de wereld gezien, maar zulk een mooie plaats hebben we nog nooit gehad. Als we alles hebben opgebouwd, ga ik even zwemmen in zee. Het is wel fris, maar erg lekker. Sil blijft veilig op het vasteland. In het dorpje doen we wat boodschappen voor de BBQ vanavond. Dit is wel erg mooi, je stukje vlees bakken tijdens de zonsondergang. Deze is echt prachtig en het weer blijft ook lekker, dus we kunnen buiten een kaartje leggen. Om 23.30 uur gaan we er dan toch een eind aan breien. 168 km.

Zaterdag, 23-7-2005. Vandaag hebben we een rust en wasdag, dus eigenlijk kunnen we uitslapen. Helaas gaat dat niet lukken, want we zijn om 08.30 uur weer wakker. We gaan op ons gemak ontbijten, aangezien het toch regent. We luieren nog wat na. De was wordt in de machine geduwd en dan gaan we lopen. Er is een klein vliegveld hier dichtbij en daar gaan we even kijken. Het is zo klein dat er op dit moment geen vlieg verkeer is. Via het strand komen we weer in de richting van onze duinen. We lezen aan de tent. Vooral ik zelf heb de smaak hiervan goed te pakken. Er is hier ook een soort van life-guard, die regelmatig langs komt. Als hij weg is, ga ik toch nog even zwemmen. Als er niemand eigenwijs is, hebben ze nooit niks te doen. Werkverschaffing heet dit geloof ik. Als we boodschappen doen, nemen we een pizza mee. Deze is goed gelukt op de pizza plaat van onze BBQ. Na nog wat dutten, lezen en puzzelen, was dit een echte rustdag.

Zondag, 24-7-2005. We zijn al voor de wekker wakker, dus ook goed uitgerust. Het dagelijkse ritueel van wassen, koffie zetten en inpakken is weer van kracht, want we gaan vandaag weer verder. Het zonnetje schijnt lekker, dus het belooft een heerlijke dag te worden. We gaan verder naar het noorden via de N15, maar ook pakken we de leuke kronkelweggetjes (die redelijk goed zijn) door de bergen met kabbelende beekjes. In Donegal staat een kasteeltje en daar gaan we naar binnen. In het uiterste noordwesten van Ierland ligt de stad Donegal. De plaats is gelegen in het gelijknamige graafschap Donegal op het punt waar de rivier de Eske de baai Donegal Bay instroomt. Maar ondanks dat de stad dezelfde naam draagt, is het niet de hoofdstad van het graafschap. De naam Donegal betekent ‘fort/burcht van de vreemdelingen’, want de stad is vernoemd naar de Vikingen die hier ooit een vestiging bouwden. De plaats fungeert als een ware toegangspoort tot de regio en is als bijgevolg heel toeristisch, maar toch wist de stad haar provinciale charme te behouden. Donegal Castle werd in 1474 door Hugh Roe O’Donnell gebouwd en werd door zijn familie bewoond totdat zij door de Engelsen werden verdreven. Tijdens de Engels-Ierse oorlogen werd het bouwwerk gedeeltelijk vernield. Aan het begin van de 17e eeuw werd het kasteel verkocht aan een Engelse edelman die het bestaande gebouw liet uitbreiden met een herenhuis. Het pand is al diverse malen gerestaureerd en ook tegenwoordig wordt er om de zoveel tijd restauratiewerk verricht om het kasteel in volle glorie te laten schitteren. Als we het kasteel bezichtigd hebben, zien we aan de overkant een pittoresk kerkje. Ook hier willen we naar binnen gaan, maar als net voor het binnen treden de klokken beginnen te luiden, draaien we maar weer om. Zou dit een teken zijn geweest ? Wederom komen we langs een vliegveldje en hier kunnen we een kop koffie drinken. Ook stoppen we even bij een kermis in een klein dorpje. Dit is echt niet zoals bij ons. De attracties zijn eeuwen oud, maar de eenheid van het dorp is wel beter zoals wij het gewend zijn. De friet met hamburger is zelfs anders van smaak. Vet, vetter, vetst. Je bent hier met 200 km mooi een dag zoet, daarom gaan we een camping zoeken. Dat valt echter nog niet zo mee. De 1e is niet voor tenten, alleen caravans ???? hij stuurt ons door naar een plek waar we wel welkom zouden zijn, alleen die kunnen we niet vinden. Nou moet ik zeggen dat ons Engels best goed is, maar het Iers laat wel te wensen over. Dus misschien dat we hem daarom niet konden verstaan. Dan rijden we de kust weg maar verder af, want er was er ook nog een in Portsalon. Knockalla Caravan [e-38] Camping Park. Tentje zetten, even douchen en dan lopen we naar de zee om nog even over het strand te wandelen. Terug bij de tent is Sil haar boek weer kwijt, dus gaat ze maar puzzelen. 238 km

Maandag, 25-7-2005. 08.00 uur. Een nieuwe dag in Ierland, maar nu hebben we nog geen zin en dus wordt het een uurtje later als we er uiteindelijk toch uit komen. Wassen, broodjes halen, koffie zetten en inpakken. We gaan vandaag naar het historisch interessante Noord-Ierland. We hebben een mooie route door de bergen en langs de kust. In Londonderry stopen we ook even om geld te pinnen en om wat cultuur te snuiven. Derry (Iers: Doire, wat eikenbos betekent) of Londonderry is een stad en een district in het noorden van Noord-Ierland. Derry is na Belfast de grootste stad in Noord-Ierland. In 2001 had de stad Derry 83.652 inwoners. Ze ligt op de rivier de Foyle, niet ver van de plaats waar die overgaat in Lough Foyle. De stad speelde samen met Belfast een belangrijke rol in de onlusten (the Troubles) tussen katholieken en unionisten in het laatste derde deel van de twintigste eeuw. De Slag van de Bogside van 12 tot 14 augustus 1969 wordt vaak aangehaald als het startschot van die onlusten. Ook Bloody Sunday, een dramatisch hoogtepunt in de onlusten, vond in Derry plaats. De katholieken in Derry werden vroeger altijd onderdrukt door de protestanten. Ook golden voor hen hele andere regels dan voor de protestanten en was er dus absoluut geen sprake van gelijke rechten. Het kwam vaak voor dat katholieken zonder enig proces gevangen werden genomen. Dit leidde tot grote onvrede vooral in het katholieke arbeidersghetto Bogside dat van 1969 tot 1972 veranderde in een afgeschermd kamp. Vanaf 1991 was Derry echter rustiger dan andere brandhaarden. Een opmerkelijk monument is de Peace Bridge (Vredesbrug) die sinds 25 juni 2011 zowel symbolisch als praktisch de overwegend unionistische wijk Waterside op de rechteroever verbindt met het overwegend katholieke stadscentrum op de linkeroever. De stadsmuren van Derry-Londonderry kun je niet missen. Maar waarom zou je dat ook willen? Ruim 6,5 meter hoog en zeker zo dik, de muren in ovaalvorm zijn een mijl lang (1,6 km) en komen compleet met poorten, wachttorens, kantelen, bolwerken en verhogingen. Ze horen bij de best bewaard gebleven stadsmuren van Europa dus neem de tijd om ze te leren kennen. Flaneer en pauzeer, wandel en wacht. Het stadsgezicht is van bescheiden hoogte, en daarom kun je goed fotograferen vanaf je historische, hoge positie. Wat niemand vertelt, is dat er achter en op die hoge muren veel prikkeldraad en camera’s hangen. Het lijkt hier wel een oorlog vesting. Het is erg vreemd om langs dit grote complex te lopen, waarvan je weet dat er achter die muren iemand jou constant in de gaten houdt via de camera's die in de torens hangen. Als je echt weet waarom het hier gaat, ga je er wel anders over denken. Wij hadden ook een hekel aan de Duitsers toen ze ons land binnen vielen. Wat bijna niemand weet, is dat de situatie hier precies hetzelfde is begonnen. Van Londonderry rijden we door naar Bellycastle, waar we een camping voor 2 nachten nemen. Nadat we de tent hebben opgezet, lopen we zo'n vier mijl naar het dorp. Aldaar gaan we in een pub wat eten en blijven meteen hangen. De juke-box en het biljart zijn de enige trekpleisters hier. Na de nodige pintjes besluiten we toch mar om een taxi terug te pakken.Volgens een bord bij onze camping zouden we vanuit hier “The Mull of Kintyre” (liedje van Paul McCartney) moeten kunnen zien. We bellen nog even naar Nederland en gaan dan weer tevreden slapen. 164 km

Dinsdag, 26-7-2005. Rond de klok van 09.00 uur is het voor ons weer dag en gaan we ons wassen, koffie zetten, nog wat rommelen aan de “Springer” en daarna de toerist uit hangen. Vanaf de camping gaan we naar Rope-Bridge”. De touwbrug van Carrick-a-Rede is een hangbrug bij Ballintoy, Graafschap Antrim, Noord-Ierland. De brug verbindt het vasteland met het eilandje Carrick Island. Al vanaf zo'n drie eeuwen geleden hebben zalmvissers bruggen aangelegd op deze plek. De huidige brug, getest tot 10 ton, is in 2000 gebouwd met de hulp van lokale klimmers en abseilers. Hij overspant 20 meter en hangt 30 meter boven de rotsen. Hoewel nog nooit iemand van de brug is gevallen, is het al herhaaldelijk voorgekomen dat bezoekers de terugweg niet durfden af te leggen en per boot van het eiland moesten worden gehaald. Tegenwoordig is de brug voornamelijk een toeristenattractie met circa 140.000 bezoekers per jaar (2005). In het zalmseizoen (juni tot september) maken ook zalmvissers nog gebruik van de brug, hoewel de zalmvisserij marginaal is geworden (300 vissen per seizoen). Uiterlijk begin november wordt de brug weggehaald en, afhankelijk van de weersomstandigheden, rond maart weer opgehangen. Het gebied kent veel natuur en er is een uitzicht naar Rathlin Island en Schotland. Sil is ook niet erg blij als ze de brug over moet lopen, maar uiteindelijk lukt het ze toch. Vervolgens rijden we naar “Giant Causeway”. De Giant's Causeway is een rotsformatie aan de noordoostkust van Noord-Ierland (Bushmills), die bestaat uit zo'n 40.000 basalt-zuilen. De formatie staat sinds 1986 op de Werelderfgoedlijst van UNESCO. De rotsen zouden zijn ontstaan bij een vulkaanuitbarsting, zo'n 60 miljoen jaar geleden. De locatie is de meest bezochte toeristische attractie van Noord-Ierland. De legende gaat dat de Ierse reus Fionn mac Cumhaill (Finn McCool) een pad door de zee (causeway) naar Schotland bouwde om met zijn Schotse tegenhanger Benandonner te vechten. Op het moment dat Fionn in Schotland aankomt, ziet hij dat Benandonner nog reusachtiger is dan hijzelf en hij vlucht terug naar Ierland. Daar aangekomen, achtervolgd door de Schotse reus, vraagt McCool aan zijn vrouw om hem als baby te vermommen. Op het moment dat Benandonner in Ierland aankomt ziet hij de vrouw met de baby, waarbij hij schrikt van de grootte van het kind, aannemend dat de vader van zo'n groot kind vele malen groter en sterker zal zijn dan hijzelf en hij vlucht terug naar Schotland. Op zijn vlucht vernielt Benandonner het pad. Alleen het begin in Ierland en het eind in Schotland (Fingal's Cave op het eiland Staffa) blijven bestaan. Als we ook hier klaar zijn, volgen we de Causeway Road naar de A2 die ons naar Dunlace Castle brengt. Op een landtong boven de Ierse Zee vind je de restanten van een middeleeuws Iers kasteel. De indrukwekkende aanblik is absoluut een foto waard! Het oude Dunluce Castle, ooit een symbool van macht, werd gebouwd op de rand van een basalten klif dat uitkijkt op de Ierse Zee. Tijdens een storm in 1639 stortte een deel van het kasteel de zee in en werd het gebouw verlaten. Tegenwoordig biedt de ruïne op de rand van het klif een indrukwekkende aanblik. Dunluce Castle is een populaire bestemming voor fotografen en iedereen die van geschiedenis, natuur en wandelen houdt. Volgens historici dateert het kasteel uit de veertiende eeuw, maar de oudste documenten over het gebouw stammen uit het begin van de zestiende eeuw en schrijven het toe aan de familie McQuillan. Het dorp waarin het kasteel zich ooit bevond, werd door brand verwoest. Je kunt nog zien waar het plein lag. Ze zijn wel bezig om e.e.a. op te knappen. We willen net voorbij de camping naar nog een kasteel, maar dit is zo afgesloten en op een cliff, dat je er niks van kunt zien. Kinbane Castle vereist wat inspanning om te zien. Van het kasteel zelf is alleen nog de toegangspoort en een paar stukken muur over, maar de locatie is spectaculair. Aan het einde van een kleine weg kom je bij een kleine parkeerplaats. Zodra je het smalle klifpad oploopt ben je al onder de indruk van de kustlijn aan beide kanten. Hoge kliffen van zwart steen rijzen op uit de helderblauwe zee. Je ziet grotten in de kliffen, scherpe rotsen in zee en veel, heel veel vogels. Een smalle trap en een lange klim brengt je naar een prachtige baai. Achter je heb je de hoge kliffen en voor de landtong met daarop de ruïnes van het kasteel. Hiertussen een veld vol zomerbloemen en een strand van grote zwarte stenen. Een hele bijzondere, bijna magische plek. De klim omhoog is wel behoorlijk pittig, maar het is het meer dan waard! We zijn hier de hele dag mee zoet geweest en op de terug weg doen we meteen de supermarkt aan. Na het eten lezen en puzzelen we nog wat, voordat we het mandje ingaan. Tot morgen. 61 km

Woensdag, 27-7-2005. 8.30 uur en we worden wakker van spelende kinderen en de zon die op de tent staat. We hoeven vandaag niet zo ver, dus alles op ons dooie gemak. Langs de kust loopt een heel klein weggetje en dat is net iets voor ons. Het is maar zo’n 70 km en die hebben we zo gemaakt. In Drains Bay zeten we ons huis weer op op Carnfunnock Country Park. We zijn onder de donkere wolken door gereden en het zonnetje wordt zelfs lekker warm. De Heritage loopt hard stationair en begint te ploffen. De buurman van de vorige camping vertelde dat er een Harley dealer is in Balleymena. Dus daar rijden we even naar toe. Ik zet er een nieuwe luchtfilter en een nieuwe ring tussen het inlaatspruitstuk en alles is weer tip-top in orde. Uiteraard kopen we ook nog wat t-shirts voordat we weer vertrekken. Vervolgens rijden we Larne binnen om de dagelijkse boodschappen in te slaan. Dan kunnen we eindelijk op de camping van de zon gaan genieten. Als we willen douchen, staan we versteld van de uitgebreide douche gelegenheid die aanwezig is. De douche cel is heeel erg groot. We kunnen er zelfs treintje spelen in het bad wat ze hebben. Ruim voldoende voor twee personen. Daarna spelen we ons spelletje kaart weer, onder het genot van enkele pintjes en de dag is weer om. 161 km

Donderdag, 28-7-2005. We staan vandaag bijtijds op, want we willen naar Belfast. De naam Belfast stamt van het Iers Béal Feirste, ofwel monding van de Farset, de rivier waaromheen de stad is gebouwd. De rivier die zelf is opgegaan in de grotere rivier Lagan, heeft tegenwoordig weinig bekendheid, en stroomt in een pijp onder de stad. Belfast ligt, zoals gezegd, aan de monding van de rivier de Lagan aan de zeearm Belfast Lough. Via deze zeearm ligt Belfast in directe verbinding met de Ierse Zee. De stad wordt omringd door heuvels (Black Mountain en Cavehill). Belfast heeft een aantal oude gebouwen, waaronder de zetel van Queen's University (1849) en de City Hall (1903). Onder de best bewaarde zijn twee (voormalige) banken: Ulster Bank (1860) en Northern Bank (1769). Na de dagelijkse routine, nemen we nu een beter ontbijt en koffie, aangezien we de heel dag gaan sjouwen door een stad. Het weer ziet er niet al te best uit. Als we dan ook in Belfast aan komen, begint het te miezeren en dat blijft het de hele dag doen. We gaan eerst naar een visitor-center, kopen een badge en een pin en laten dan een taxi-bedrijf bellen voor een political tour door de stad. William (de chauffeur) brengt ons met zo’n ouderwetse zwarte taxi naar alle I.R.A. plekken om die van dichtbij te bekijken. We komen in de katholieken en protestantse wijken. We zien de muurschilderingen en de gedenkplaatsen. Ook staan we bij de muur die de stad verdeelt en die ’s avonds nog gesloten wordt. William geeft overal een uitgebreide uitleg bij die niet zo zeer politieke verklaringen geeft, maar des te meer persoonlijke emotionele dingen die bij beide kanten van de burger leven en niet van de hoge heren in Londen. Het is een zeer interessante rit. Na 1,5 uur is hij klaar en we betalen niet meer dan 25 pond. Hij zet ons weer af in het centrum, waar we eerst even eten. Daarna doen we toch nog een bus toer om de algemene toeristische delen nog te bekijken en te kunnen filmen. We hebben nooit geweten dat de Titanic in Belfast is gebouwd. We rijden langs de scheepswerf. Deze werf is de enorme Harland en Wolff in Belfast, waar een plaatselijk personeelsbestand van 15.000 mannen de Titanic en haar zusterschip de RMS Olympic bouwen. Het schip torent hoog boven alles uit, waar je ook kijkt in deze industriële stad. 31 mei 1911 lag de Titanic voor het laatst op het droge, de dag dat ze ter water werd gelaten. Het zou maar 10 maanden duren tot haar fatale ongeluk tijdens haar eerste reis naar New York. Hier zie je de zogenaamde 'Dry Dock' - de scheepswerf, het gebouw is 'The pumphouse', die zorgde dat de dok vol met water kon lopen en daarna de sluisdeuren konden openen. De kranen Samson en Goliath (respectievelijk 106 en 96 meter hoog) zijn van ver te zien. Als ook de bus tour is afgelopen, gaan we ons jaarlijks bezoek aan de Mac hier uitvoeren. Het regent nog steeds en we gaan daarna dan ook terug naar de camping. De natte zooi uit, nog wat lezen, douchen en dan gaan we slapen. 131 km.

Vrijdag, 29-7-2005. We gaan vandaag naar Scotland en de ferry is maar 10 km hier vandaan. We hoeven ons dus niet te haasten. Nadat we een kaartje hebben gekocht, moeten we toch nog even wachten totdat de boot er is. Het waait flink en dat kun je op de boot goed voelen. Meestal zijn we wel buiten te vinden op een overtocht, maar nu zitten we lekker binnen. Na ongeveer 2 uur komen we aan in Cairnryan, Scotland. Als we van de boot af willen rijden, start de “Fat-Boy” niet meer. Vreemde storing……. Is het nou de accu of de startmotor ? Sil neemt de “Springer” en ik laat me op de “Fat-Boy” aanduwen door de bemanning. Op het schuine gedeelte van de boot, krijg ik vaart en zet hem in de tweede versnelling, want in de eerste kan hij wel eens onderuit gaan. Gelukkig slaat hij zo aan en gaan we richting Glasgow. Hier moet een dealer zitten en we willen hem niet meer af zetten. Als we een camping gaan zoeken, proberen we die zo dicht mogelijk bij Richie en Fiona te pakken. De eerste die we vinden, heeft alleen maar sta-caravans voor 295 pond met een minimum van drie dagen. Die gaat het dus niet worden. Als we weer weg willen, start de “Fat-Boy” weer gewoon…… bij een benzinepomp wijst een vriendelijke Schot ons de weg. We rijden achter hem aan, maar hij komt weer bij dezelfde camping uit. Uiteindelijk hebben we toch rustig gelegen plekje gevonden in Gartocharn op camping “Lagganbeg Caravan Park”. Dit ligt in het “Loch Lommond National Park”. Het Loch Lomond [e-38] The Trossachs National Park is onlangs opgericht en is het eerste gebied met die status in Schotland. De bekendste onderdelen van het nationale park zijn terug te vinden in de naam: Loch Lomond en The Trossachs. In de eerste plaats Loch Lomond ('By Yon Bonnie Banks of Loch Lomond'), het grootste zoetwater reservoir van Groot-Brittannië. Als een baken staat de Munro-berg Ben Lomond op zijn oostoever. Net ten noordwesten hiervan -tussen Aberfoyle en Callander- ligt de Trossachs, een bosrijk en heuvelachtig gebied met enkele fraaie lochs. Dit stuk ligt slechts een uur rijden van Glasgow en iets meer dan dat van Edinburgh, veel Schotten gaan hier heen voor recreëren in de vrije natuur. Daarnaast omvat het nationale park een deel van de Southern Highlands (Breadalbane), met enkele bekende Munro-bergtoppen als Ben Lomond, Ben Lui, Ben More and Ben Vorlich en grote delen van het schiereiland Cowal waaronder de Arrochar Alps. We gaan meteen over tot het opzetten van de tent, voordat het begint te regenen en alles nat wordt. We gaan vanavond eten in de “Hungry Monk”. Het is niet zo ver van de camping en dus gaan we lopend naar dit restaurant. Je moet wel opletten als je hier loopt. Het gaat best wel hard en straat verlichting kennen ze hier niet. Dit is een heel gezellig plaatsje, waar je terug in de tijd keert, maar dat hebben we wel vaker in deze omgeving. Als we hiervan zijn terug gekeerd naar de camping, gaan we tevreden slapen. 149 km.

Zaterdag, 30-7-2005. Als we uitgeslapen zijn, gaan we op ons gemak ontbijten. Het weer ziet er goed uit, dus we gaan wat rond tuffen. We komen hier door Lomond en daar is net een folk festival aan de gang. Hier zijn muzikanten op allerlei plaatsen aan het spelen en jongleurs doen hun trucjes met diverse vuur staafjes. We rijden een erg mooie route rond het meer. Op het eind van de dag gaan we weer terug naar de camping. Maar eerst doen we boodschappen en gaan we pinnen in Glasgow. Koken en na de afwas vlug weer naar binnen, want het begint alweer te regenen. Na ons kaart potje gaan we toch weer voldaan slapen.

Zondag, 31-7-2005. DE ZON SCHIJNT. We kunnen het rustig aan doen, want we hebben pas om 15.00 uur afgesproken met Richie bij de supermarkt. We laten alles lekker drogen en Sil leest haar boek uit. Daarna gaan we alles op ons gemak inpakken en gaan we naar de afgesproken plek en bellen we hem even op. Na 5 minuten is Ritchie er ook en is er toch wel iets van herkenning. Het is al weer 6 jaar geleden dat we elkaar ontmoet hebben en dat was dan ook nog maar 1 avondje kletsen. We praten even bij en gaan dan naar hun huis. Fiona is niet aanwezig, aangezien die in Spanje op vakantie is. Ze hebben voor ons een kamer ingericht en we halen onze spullen van de motoren, om die daar neer te leggen. Dan is het even verder bij kletsen in het zonnetje, onder het genot van een pintje. ’s Avonds gaan we BBQ –en. Maar als de zon weg is, koelt het wel erg hard af en rond 22.30 uur gaan we maar naar binnen. De muskietos komen ook tevoorschijn en dat maakt het ook minder prettig. Om 00.30 uur gaat Sil naar bed, terwijl Ritchie en ik nog een uurtje door kwebbelen. Maar om 01.30 uur gaan ook wij het bed opzoeken.

Maandag, 1-8-2005. Rond 10.00 uur worden we wakker en de koffie ruikt goed. Na het ontbijt raken we weer aan de praat, maar om 12.30 uur gaan we toch echt nog een stukje rijden. We gaan via Inverary, waar we 7 jaar geleden ook al zijn geweest, de A819 op richting Oban. Bij “Kilchurn Castle” gaan we linksaf en nemen vervolgens de A85, die langs “Ben Cruachan” en “Loch Etive” voert. Ben Cruachan is een zeer populaire berg, de hoogste top van een grote reeks van scherpe pieken tussen Loch Awe en Loch Etive, prominent in vele vergezichten. Onder de centrale Corrie is er een enorme ondergrondse hydro-elektrische krachtcentrale. Loch Etive is een inham of sealoch in Argyll and Bute, Schotland. De naam van het meer zou de naam zijn van een godin die verbonden is met het meer. Het strekt zich over de helft van zijn lengte uit in oostelijke richting langs de hoofdweg en de spoorwegverbinding met Oban vooraleer het in noordoostelijke richting in heuvelachtig terrein terechtkomt. Tot halverwege de 20e eeuw was transport per schip de gemakkelijkste manier om goederen te vervoeren in West-Schotland. Birlinns, een variant van de Vikingschepen bevoeren Loch Etive in de middeleeuwen en later volgden kleine stoomschepen zoals de Clyde puffers. Halverwege de 18e eeuw bracht men ladingen houtskool naar de ijzerfabrieken van Bonawe langs de kust van Loch Etive. In het begin van de 21e eeuw zorgt het Rathad Mara-project (zeewegproject) ervoor dat het groeiend aanbod aan hout in Glen Etive op een milieuvriendelijke manier wordt vervoerd in plaats van de smalle wegen met vrachtwagens te belasten. Meer dan 250 000 ton hout dat beschikbaar is in de bossen van Glen Etive wordt via een mobiele pier, die ook op andere plaatsen aangemeerd kan worden, per schip vervoerd. Het kappen en heraanplanten van berken, eiken en naaldbomen gebeurt in cycli van twintig jaar. In Oban gaat de weg over in A816 en voert langs de Ardentallen Bay. En nog een klein dorp verder, Kilninver, pakken we de B844 die ons naar een apart punt brengt. Clach Na Sula uit de 18e eeuw is de kleinste brug over de Atlantische oceaan en is de enigste verbinding naar Easdale, Isle of Seil. Easdale Island is het kleinste permanent bewoonde eiland van de Binnen-Hebriden, uit de westkust van Schotland. Gelegen in de Firth of Lorn, ongeveer 15 mijl ten zuiden van Oban, Argyll, beslaat een oppervlakte van minder dan 10 hectare, maar heeft een permanente bevolking van ongeveer 60, plus een vergelijkbaar aantal die eigenaar zijn van woningen en deze regelmatig bezoeken. In de haven ligt een power boot van “Seafari Adventures”, waar we mee de zee op willen om het leven in het water te bekijken. Helaas kunnen we pas om 17.00 uur mee. Dit past niet in ons schema voor vandaag. De boottocht duurt 2 uur, we moeten dan nog 3 uur terug rijden en we hebben beloofd dat we met Richie mee gaan naar het vliegveld in Glasgow. Fiona en Heather komen dan terug van vakantie. We gaan dus terug naar Oban en nemen een koffie bij “Weavers”. We zijn rond 20.30 uur weer terug in Bonhill, mooi op tijd. Het weer was perfect vandaag. Een lekker zonnetje en een niet te hoge temperatuur. Ideaal voor op de motor. Dan gaan we naar het vliegveld. Eenmaal terug, wordt het nog een gezellige boel, met een borrel en een pintje er bij. We hebben klompen mee genomen voor Heather en daar is ze gelukkig erg blij mee. Om 02.00 uur gaan we toch maar slapen, ook al is het dan gezellig.

Dinsdag, 2-8-2005. Wederom genieten we rond 08.30 uur van een goed verzorgd ontbijt. Vandaag hangen we wat rond het huis en hebben tijd genoeg om bij te kletsen. Er zijn regelmatig heftige regenbuien en dan is binnen ook wel lekker. ’s Avonds hebben we weer een BBQ en rond 01.30 uur houden we het voor gezien. Wel raar, zitten we met z’n vieren de hele dag binnen en er valt geen seconde een stil moment. We hebben elkaar voor het eerst en het laatst gezien in 1999 en we praten alsof we elkaar ons hele leven al kennen.

Woensdag, 3-8-2005. Om 09.00 zijn we weer present en we gaan toch weer met de motoren op pad, ondanks de niet zo goede weersvoorspellingen. We rijden verder naar het noorden Schotland in via de A82. Langs “Loch Lomond” en iets verder “Ben More”. Loch Lomond is een groot en diep meer (loch) in Schotland. Het bevindt zich in het westen van de zuidelijke Highlands. Het meer is ongeveer 37 km lang en tot 8 km breed, heeft een gemiddelde diepte van 37 meter en een maximale diepte van 190 meter. Loch Lomond is het grootste meer van Schotland in oppervlakte en het op een na grootste in watervolume, na Loch Ness. In het meer bevinden zich vele eilandjes. Het vormt het centrum van het nationale park Loch Lomond and the Trossachs National Park. Het meer bevindt zich twintig kilometer van Glasgow, en vormt daardoor een belangrijk toeristisch gebied. Ben More ( Schots-Gaelisch : A 'Bheinn Mhòr, wat "de grote berg") is een berg in de zuidelijke hooglanden van Schotland , in de buurt van Crianlarich . Het is de hoogste van de zogenaamde Crianlarich Hills naar het zuid-oosten van het dorp, en er is geen hoger land in de Britse eilanden ten zuiden van Ben More. Het is gescheiden van Stob Binnein door de Bealach-Eadar-dha Beinn, wat betekent " col tussen twee heuvels". Als we door het dorpje Killin rijden, zien we enkele mannen in een kilt. Ook staan er veel mensen langs de weg te kijken. Niet dat we nieuwsgierig zijn, maar we stoppen en wachten samen met de rest. Na een half uurtje hoor je de doedelzakken al aan komen. Het blijkt een optocht te zijn van spelers voor de wereld kampioenschappen voor de Higland Games. We lopen mee en komen bij het speelveld aan. Er zijn hier wedstrijden in het dansen, de games, kraampjes, roof vogels, kermis en nog veel meer. We zijn hier dus nog wel even. Als we bij een kraampje een kinder doedelzak liggen en nemen die mee voor Heather. Maar ook hier komt een eind aan. We waren eigenlijk onderweg naar iets heel anders. Op het Scottish and Southern Energy Visitor Centre in Pitlochry kun je zien hoe de opwekking van elektriciteit uit waterkracht wordt opgebouwd. Gelegen in het pittoreske Pitlochry Power Station, biedt het centrum interactieve exposities over de geschiedenis van de opwekking van waterkracht in Schotland. Vanaf zijn oorsprong in de veertigerjaren van de vorige eeuw tot haar huidige £ 250 miljoen kostende herinrichtings- programma. Er zijn ook mogelijkheden voor het ontwerpen van je eigen energiecentrale en hoe je het milieu kunt helpen door energie te besparen. De Pitlochry Dam is ook het tehuis van een beroemde zalmtrap, waar je de vissen kunt bewonderen in de kamers tijdens hun klim de dam op of af. De trap bestaat uit 34 verschillende kamers en is 310 meter lang. In het centrum kom je als bezoeker meer te weten over het hoe en waarom de vissen hun epische reis van hun geboorteplaats in de rivieren van het Hoogland maken naar de zee en terug om stroomopwaarts kuit te schieten. Kinderen en volwassenen zullen van het verhaal van de zalm genieten, een oud verhaal van de koning van vissen, door computer- en videotechnologie vertelt. Het regent nog steeds en eenmaal hier uitgekeken, rijden we weer verder richting Loch Tay. Loch Tay is een loch in de Schotse Hooglanden, meer bepaald in het district Perthshire. Het strekt zich uit vanaf het dorpje Killin aan de noordoostelijke zijde tot Kenmore aan de zuidwestkant. De rivier Tay stroomt in Kenmore uit het loch. Loch Tay is 26,4 km lang en heeft een maximale diepte van 150 m. Aan de zuidelijke zijde, vlak bij Kenmore, ligt het Scottish Crannog Centre, een getrouwe reconstructie van een crannog. Het centrum toont hoe bewoners van de streek al voor onze tijdrekening in het water bouwden en hoe ze leefden. Er werden in het meer resten van meer dan twintig crannogs teruggevonden. Aan de noordelijke zijde ligt Ben Lawers, 1214 m hoog en daarmee de 10e-hoogste heuvel van Groot-Brittannië. De richel telt in totaal zeven Munros. Als we terug in Bonhill zijn aangekomen, staan ze ons al op te wachten met een pintje en het eten is ook al klaar. Wat een gast vrijheid !!! Vlug douchen en aanvallen maar. De avond wordt wederom gevuld door het babbelen met elkaar en zo rond 01.00 uur worden we moe en gaan we pitten.

Donderdag, 4-8-2016. Het weer is vanmorgen weer pet. Toch trekken we er op uit. We wilden eigenlijk naar Stirling, maar door het slechte weer laten we dat voor wat het is. Na 2 km van huis, moeten we de regenpakken al aan, wat het humeur na zoveel dagen regen er ook niet beter op maakt. Maar we willen toch weg en daarom gaan we naar “Loch Katrine”. Fiona heft al gebeld om een reservering voor de stoomboot te maken. Even een blik geworden in een pittoresk kerkje aan het meer. Er was net een trouwerij bezig, met een hele mooi old timer als trouw wagen. Luss Parish Church is een Kerk van Schotland kerk in Luss , Argyll and Bute gewijd aan Saint Kessog . Het huidige kerkgebouw werd gebouwd in 1875, en na een ingrijpende restauratie heropend in 2001. De kerk heeft een website met 1500 jaar van voortdurende christelijke aanwezigheid, werd oorspronkelijk gesticht door de heilige Kessog, en heeft 15 beursgenoteerde historische monumenten in zijn kerkhof. Als we stoppen bij “The Weavers Coffee shop” voor een kop koffie, komen we ontzettend veel 2CV's tegen. Vermoedelijk is er ergens een meeting, want ze komen uit heel Europa en in alle soorten en maten. Loch Katrine is 13 kilometer lang en 1 kilometer breed en is ook Glasgows watervoorziening.
Een Victoriaanse staaltje van techniek, werd geopend door Koningin Victoria en stroomt uitsluitend door de zwaartekracht 26 mijl naar Glasgow. De SS Sir Walter Scott werd gebouwd in 1900 door William Denny [e-38] Bros Ltd, Dumbarton en maakt nog steeds gebruik van de originele triple expansie stoommachines, het is de enige overgebleven schroef aangedreven stoomboot in de reguliere passagiersdienst in Schotland! De SS Sir Walter Scott weegt 110 ton en is 33 meter lang. De naam is geïnspireerd de Victoriaanse schrijver Sir Walter Scott die schreef 'The Lady of the Lake' gedicht en de 'Rob Roy MacGregor' Novel. Als we aan het varen zijn, begint het weer een beetje op te klaren. Je mag onder in de boot naar de bewegende zuigers en drijfstangen kijken of je gaat op het dek om de omgeving te observeren. Veel plek is er niet, want het lijkt wel of er 200 man op zit. Maar ook hier is de natuurlijke schoonheid het gene waar je voor komt. Op de terugweg nemen we een omweg via A821 langs “Loch Venacher” en komen uit in Callander. Hier blijkt ook een bekende te hebben gewoond. We gaan naar het graf van “Rob Roy”. Robert Roy MacGregor (Glengyle, gedoopt op 7 maart 1671 - 28 december 1734), beter bekend als Rob Roy, was een Schotse volksheld en vrijbuiter uit de 18e eeuw. Hij wordt ook wel de Schotse Robin Hood genoemd. Hij werd, vanwege zijn rode haar ook wel Red Robert en Red MacGregor genoemd. MacGregor was zelf van adellijke afkomst. De titels en de bezittingen waren de familie echter ontnomen. Dit omdat hij en zijn familie meevochten met Jacobus II van Engeland tijdens de Jacobietenopstand. Ze werden verslagen door Willem III van Oranje (die ook koning van Schotland was) en zo viel de familie in ongenade. Rob Roy leefde met zijn aanhangers hierna als veehandelaren en bewakers van landerijen. Omdat het hem moeilijk werd gemaakt om vee te verhandelen, mede door de edelen, kwam hij in opstand. Uiteindelijk werd hij zelfs een veedief die opgejaagd werd door James Graham, hertog van Montrose. Tot 1722 was MacGregor in oorlog met de graaf, waarna hij vervolgens gevangen zat wegens fraude. In 1727 kreeg hij gratie van koning George I en werd hij vrijgelaten. Mogelijk heeft een boek over zijn leven dat in 1723 in omloop kwam en hem een heldenstatus gaf hierbij geholpen. Had hij geen gratie gekregen dan was hij waarschijnlijk afgevoerd naar een strafkolonie. Hij was getrouwd met (Helen) Mary en had er een vier zonen mee : Coll ( 1739) en Robert ( 1754). Rob Roy MacGregor overleed in 1734 in bed. Loch Venachar ( Schots-Gaelisch : Loch Bheannchair) is een zoetwater loch in Stirling district, gelegen tussen Callander en Brig o 'Turk . Het ligt op ongeveer 82 meter boven de zeespiegel, en is 6 kilometer (3,7 mijl) lang met een maximale diepte van ongeveer 33 meter. The Black Water lozingen van Loch Achray in de westelijke kant van Loch Venachar, en aan de oostelijke kant komt Eas Gobhain erbij, die zich aansluit bij de River Leny in Callander bij de vorming van River Teith . De zuidelijke oever van het meer is bedekt met bos met daarin tal van boswegen , wat leidt over de heuvels naar de Lake of Menteith en een aantal vooraanstaande westelijke richting langs de loch naar Loch Achray en de Trossachs . We nemen Richie, Fiona en Heather vanavond mee uit eten. Bij de “Hungry Monk” moeten we 1,5 uur wachten, dus gaan we maar naar een ander restaurant. Het eten was heerlijk en de avond erg gezellig. Sil heeft voor het eerst “Haggis” gegeten. Hier ontmoeten we ook nog enkele vrienden van Richie en Fiona. Haggis is een type vleesgerecht gemaakt van schapen-hart, long en lever, vermalen met dierlijk vet (reuzel), ui, havermout, peper, zout, kruiden en bouillon. Oorspronkelijk werden de ingrediënten in een schapenmaag gestopt voordat het geheel werd gekookt, maar tegenwoordig worden hiervoor meestal andere materialen gebruikt, net zoals bij het maken van worst. Meestal wordt haggis geserveerd met 'neeps and tatties' (Schots voor turnip en potatoes), oftewel koolraap en aardappelpuree. Als Heather bijna omvalt van de slaap, maken we er een eind aan en gaan teug naar huis. Hier gaat het praten gewoon weer verder tot de avond echt om is……………

Vrijdag, 5-8-2005. Het is 08.00 uur als we weer opgestaan zijn. Vandaag moeten we onze spullen weer oppakken, aangezien we weer naar New-Castle gaan. Vanaf daar gaat de boot naar IJmuiden. Nog een laatste ontbijt en dan nemen we afscheid van Richie, Fiona en Heather. We hebben een hele fijne en intense week bij hen gehad en we gaan met een heel ander gevoel weg als dat we gekomen zijn. Dan wordt het tijd om de motoren te starten, in schakelen en dan nog een laatste maal zwaaien, voordat we weer op weg zijn. De afstand is ongeveer 310 km naar de haven. We volgen de M74 South tot aan Carlisle en gaan dan over naar de A69. Onderweg hebben we nog een stevige regen bui. We stoppen om de regenpakken aan te trekken en vullen de brandstoftanks met benzine voor de laatste keer. Een 100 km verderop schijnt de zon weer en is het meteen weer warm en gaan de pakken weer uit. Dat betekent wel dat we het gas er op moeten houden, want in de spiegels zien we dat we achtervolgd worden door een zwarte donder wolk. Bij aankomst vlug inchecken en dan in de rij voor de douane. De aanslagen van afgelopen juli hebben er voor gezorgd dat de veiligheidsdiensten extra aanwezig zijn. We zien heel veel politie met machine geweren en extra mankracht, buiten het gewone personeel. Bij de terroristische aanslagen in Londen van 7 juli 2005, werd Londen tijdens de ochtendspits opgeschrikt door vier bomexplosies. Binnen een half uur deden drie ontploffingen zich voor in de metro en een half uur later één aan boord van een bus. Het aantal doden bedroeg 56, waaronder de 4 daders. Naar schatting waren er 700 gewonden, waarvan 22 ernstig gewond. In de geschiedenis van het Verenigd Koninkrijk is dit de aanslag met de meeste doden sinds de aanslag op Pan Am-vlucht 103 boven Lockerbie in 1988. Alle motorrijders zijn tot voor aan de rij gereden en het zijn er wel een kleine honderd. De zwarte wolk die ons volgde, heeft ons ondertussen ingehaald. En dan breekt de hel los. De hemel dondert en van boven komt er een zee van water naar beneden. Alle motorrijders starten in een keer de motoren en willen naar de douane loods rijden om te schuilen. Hier zien ze een horde machines op zich af komen en er breekt een lichte vorm van paniek uit. De politie sommeert iedereen om terug te gaan, maar daar reageert niemand op en rijd gewoon door. Her en der beginnen gewapende mensen op en neer te rennen en iedereen roept in het niets……….. We snappen de reactie wel, na afgelopen maand, maar willen toch ook niet nat worden. Iedereen mag binnen blijven, maar worden wel meteen weg gedirigeerd. Het overzicht moet terug komen. We staan te wachten als de motorrijder voor ons gefouilleerd wordt………….. ik bedenk me ineens dat ik altijd een mes aan mijn riem heb hangen. Dit als handig stuk gereedschap voor alle soorten doeleinden. Dit heb ik al 25 jaar op zak en is zo normaal geworden, dat ik daar niet eens meer aan denk. Shit, ik kan nu niks meer ondernemen, aangezien ik in het gezichtsveld zit. Als ik aan de beurt ben, vraagt de beveiliging beambte of ik wapens bij had. Ik geef aan dat ik in het bezit van een mes ben en laat het haar dan ook zien. Deze wordt in beslag genomen en ik krijg een briefje als bewijs. In IJmuiden kan ik het bij de kapitein een half uur voor “docking” weer ophalen. Raar toch ?? Ze wilde nog wel even kwijt dat als ik niet eerlijk was geweest en het dan alsnog gevonden had, we vanavond en morgen waarschijnlijk niet richting Nederland waren gevaren………. Zo zie je maar weer eerlijk duurt het langst. We rijden de motoren op de boot en sjorren ze vast met de spanbanden. Dan zoeken we onze hut, omkleden en eerst even een pintje pakken. In het steak-house gaan we eten en neuzen later wat rond op de boot. In de bar speelt een live bandje en daar komen we dan ook weer uit. We kijken onze ogen uit naar de al die Engelse zotten, tijdens hun vrijgezellen feestjes. Wat zijn die gek als ze gezopen hebben. Eigenlijk wilden we vroeg gaan slapen, maar deze vertoning zorgt er voor dat we langer blijven om te genieten.

Zaterdag, 6-8-2005. Om 07.30 uur worden we gewekt met de mededeling dat we om 09.30 uur in IJmuiden aanmeren. Wassen, ontbijten, spullen uit de hut halen en dan gaan we op het dek kijken. De zon schijnt heerlijk en daar zijn we wel aan toe. Daarna gaan we naar de motoren en moeten we toch nog wel geduld hebben voordat we er af mogen. Als we van de boot afrijden, staat het weer te plenzen, kutzooi. We zijn de regen overalls zo zat, dat we wel zien hoe het af loopt. We gaan toch naar huis en kunnen direct in een warm bad als dat nodig mocht zijn. We doen even een bakkie bij Fuck en Annie en komen er achter dat ik toch natter ben als dat we dachten. Ik ben tot aan mijn onderbroek zeikes nat. We gaan naar huis en daar komen we mijn schoonouders tegen die net naar ons toe gingen. Ook Cis de buurvrouw komt even kijken en ook Penkie heeft de twee Harleys thuis horen komen. ’s Avonds gaan we uit eten bij de Griek en als we later onze video opnames willen terug kijken, worden de ogen toch wel erg moe en gaan we naar bedje toe. We hebben 4043 km in totaal gereden en ondanks de vele regen, toch een geslaagde vakantie gehad. Ierland en Schotland zijn hele mooie landen en we gaan hier zeker nog een keer naar toe. Ook was het leuk om onze oude bekenden Richie, Fiona en Heather beter te leren kennen. Tot volgend jaar maar weer. Dan staat Kroatië op het programma.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Rob en Sil

Wij zijn een reislustig stel dat sinds onze relatie in 1995 begon, al vele mooie plaatsen hebben bezocht. Voordat we een reis plannen lezen we zelf ook veel reisverslagen van anderen om ideeën op te doen. Hopelijk zijn er door onze verhalen ook mensen die op leuke, interessante en mooie plaatsen komen.

Actief sinds 11 April 2016
Verslag gelezen: 367
Totaal aantal bezoekers 176005

Voorgaande reizen:

22 December 2023 - 28 December 2023

Athene, Griekenland

01 September 2023 - 10 September 2023

Achterhoek, Friesland, Drenthe

10 Juni 2023 - 01 Juli 2023

2023, Duitsland

24 Juni 2022 - 23 Juli 2022

2022, Italië

17 September 2021 - 03 Oktober 2021

2021, Frankrijk, naar de Champagne

18 Juni 2021 - 03 Juli 2021

2021, Nederland

26 December 2020 - 02 Januari 2021

2020, Ameland

13 Juni 2020 - 03 Juli 2020

2020, Nederland

20 September 2019 - 23 September 2019

2019, Een lang weekend naar Kent

26 Juli 2019 - 29 Juli 2019

2019,Frankrijk; een weekend in de wolken

14 Juni 2019 - 05 Juli 2019

2019, Kroatië + Bosnië - Herzegovina

11 Mei 2019 - 18 Mei 2019

2019, Azoren

12 Oktober 2018 - 15 Oktober 2018

2018, Dublin; Ierland

09 Juni 2018 - 04 Juli 2018

2018, IJsland

16 Februari 2018 - 21 Februari 2018

2018. Rovaniemi; Finland

26 December 2017 - 31 December 2017

2017, Bad Kreuznach; Duitsland, Rijnland-Palts

10 Juni 2017 - 02 Juli 2017

2017, Frankrijk

12 September 2010 - 19 November 2016

2010, Mallorca

29 September 2016 - 22 Oktober 2016

2016, Afrika

13 Februari 2016 - 20 Februari 2016

2016, Kaap-Verdië

27 Juni 2015 - 16 Juli 2015

2015, Wales

27 Februari 2015 - 01 Februari 2015

2015, Brussel

21 Juni 2014 - 11 Juni 2014

2014, Hongarije

22 Juni 2013 - 11 Juli 2013

2013, Polen

29 November 2012 - 06 December 2012

2012, Egypte

09 Juni 2012 - 05 Juli 2012

2012, Iberisch Schiereiland

17 Mei 2012 - 20 Mei 2012

2012, Engeland

17 September 2011 - 08 Oktober 2011

2011, Canada

24 Juli 2010 - 08 Augustus 2010

2010, Zwitserland

12 Juni 2010 - 19 Juni 2010

2010, Wenen

13 Juni 2009 - 05 Juli 2009

2009, Lapland, Noorwegen en Zweden

20 Februari 2009 - 25 Februari 2009

2009, Londen

20 December 2008 - 28 December 2008

2008, Berlijn

11 Januari 2008 - 16 Augustus 2008

2008, met een luchtballon over Tirol

21 Juni 2008 - 10 Juli 2008

2008, Corsica

12 Augustus 2007 - 27 Augustus 2007

2007, Normandië

02 Juli 2006 - 19 Juli 2006

2006, Kroatië

16 Juli 2005 - 06 Augustus 2005

2005, Ierland - Scotland

20 Mei 2004 - 23 Mei 2004

Texel, 2000, 2004 en 2018

01 Augustus 2003 - 18 Augustus 2003

2003, USA Sturgis

26 Juli 2002 - 17 Augustus 2002

2002, USA

14 Juli 2001 - 03 Augustus 2001

2001, rondje Europa

08 Juli 2000 - 27 Juli 2000

2000, Noorwegen

28 Januari 2000 - 01 Februari 2000

2000, Praag Tsjechië

10 Juli 1999 - 31 Juli 1999

1999, Frankrijk - Spanje

09 Augustus 1998 - 25 Augustus 1998

1998, Oostenrijk - Italië

09 Augustus 1997 - 25 Augustus 1997

1997, Schotland

09 Juli 1996 - 24 Juli 1996

1996, Frankrijk - Spanje - Luxemburg

22 December 1995 - 25 December 1995

1995, Parijs met kerst

15 Juli 1995 - 25 Juli 1995

1995, Denemarken

Landen bezocht: