2016, Afrika 2, Namibië - Reisverslag uit Swakopmund, Namibië van Rob en Sil - WaarBenJij.nu 2016, Afrika 2, Namibië - Reisverslag uit Swakopmund, Namibië van Rob en Sil - WaarBenJij.nu

2016, Afrika 2, Namibië

Door: Rob

Blijf op de hoogte en volg Rob en Sil

04 Oktober 2016 | Namibië, Swakopmund

Dinsdag, 4-10-2016. Als we weer in de bus zitten, blijkt dat er bij iemand de verkeerde datum op het visum is opgeschreven. Dat wordt ook vlug opgelost en zo zijn we dan onderweg in Namibië. Op de “Noordoewer” gaat de weg over in B1. Bij Grootplaas gaan we linksaf. De C1 brengt ons naar Ais-Ais. Dit is een Spa resort midden in de woestijn. Hier heerst echte rust en ontspanning. Je kunt hier ook kamperen. Ai-Ais is een plaats in het woeste landschap in het zuiden van Namibië in de regio !Karas, niet ver van de grens met Zuid-Afrika. De naam betekent 'brandend water' in de lokale Nama-taal. Ai-Ais ligt op de plaats waar de Visrivier uitmondt in de Oranjerivier. Ai-Ais is ook bekend vanwege de warmwaterbron die zich hier bevindt. Rondom deze bron is een bescheiden vakantiepark gebouwd. Het ziet er allemaal perfect uit en het eerste wat we doen is een duik in het zwembad nemen. Er lopen hier ook veel bavianen rond en er wordt gewaarschuwd om ramen en deuren gesloten te houden. Als we in het zwembad duiken, blijkt het water zo’n 37 graden te zijn. Niet echt een afkoeler in deze hitte. We blijven toch in het water dobberen ter ontspanning en zien een baviaan naar een huisje lopen. Hij probeert een deur open te maken, maar deze is op slot. Ze gedragen zich wat dat betreft gewoon als mensen. Als hij recht op staat, is hij ook bijna net zo groot als ons. Als we terug lopen naar onze kamer, horen we dat iemand een deur open gelaten heeft en nadat ze uit de douche kwam gelopen, er een baviaan in de slaapkamer stond. Ze gilde en daarop is de baviaan gegaan. Nadat ze de deur heeft gesloten, staat deze echter weer met de neus tegen het glas aan gedrukt. Ze zeggen dat je niet moet gaan gillen en de aap niet aankijken. Dit is dus goed afgelopen en meteen een waarschuwing voor iedereen. Het is wel de beste les. We gaan nog een uurtje in de verjonging baden, voordat we op het terras gaan zitten. De baden hebben niet geholpen. We borrelen tot het buffet klaar staat. Er zitten ook 2 jonge Nederlandse meiden op het terras, die met z’n tweeën in een veel te klein autootje ongeveer dezelfde reis als wij maken. Om 22.00 gaan hier de lampen uit en we besluiten dan ook maar om ons bed op te gaan zoeken.

Woensdag, 5-10-2016. De dag begint om 6.15 uur. Spullen inpakken en na een uitgebreid ontbijt gaan we door onbegroeid gebied naar Fish River Canyon. De temperatuur is nog om te doen, “maar”36 graden………. De Fish River Canyon of Visriviercanyon in Namibië is de op een na langste canyon ter wereld, na de Grand Canyon in de Verenigde Staten. De kloof is circa 160 km lang, tot 27 km breed en is op sommige plaatsen tot 550 meter diep. De canyon ligt aan de benedenloop van de Visrivier. Deze rivier vervoert niet het hele jaar door water en is niet bevaarbaar. Het water is oranjekleurig. De canyon begint bij het plaatsje Seeheim en eindigt bij Ai-Ais. Daarna mondt de rivier uit in de Oranjerivier langs de grens met Zuid-Afrika. Het 90 kilometer lange wandelpad door de kloof is een van de populairste wandelroutes in Zuidelijk Afrika. Het is evenwel een zware wandeling, vaak bij heel hoge temperaturen. Er wordt ook aan trailrunning gedaan in de Fish River Canyon. De Zuid-Afrikaanse loper Ryan Sandes voltooide de wandeling in 2012 in minder dan 7 uur tijd. We beginnen bij Fish River Canyon Viewpoint en lopen dan naar de andere kant, waar Hiker’s Viewpoint is. De Grand Canyon in de VS hebben we ook gezien en lijkt er verdacht veel, alleen dan in miniatuur vorm. Het is overzichtelijker en net zo mooi. Uiteraard maken we mooie foto’s en vervolgen onze weg naar Canyon Roadhouse. We nemen hier een koffiepauze. Ook omdat dit zowat een toeristische attractie aan worden is. het hele complex staat vol met oude auto’s uit de zestiger en zeventiger jaren. Vooral Amerikaanse auto’s, benzine pompen en allerhande gereedschappen staan hier ten toon gesteld. Op de wc hangen hele grote naakt foto’s, waar de intieme delen afgedekt zijn met een kastje. Als je het deurtje open maakt, gaat er een sirene af door het hele gebouw. Als je dan uit de wc komt, weet iedereen dat je in het kruis van de man of vrouw hebt willen kijken. Wel grappig. De wilde dieren zijn niet echt schuw, aangezien de Spiesbokken gewoon over het terrein lopen op zoek naar eten. Wij maken meteen gebruik gemaakt van de situatie om te lunchen en Sil koopt ook nog een hoed. Een waanzinnig mooie lodge. We gaan verder en proberen zoveel mogelijk wild te spotten, maar het is hier een droge bedoeling en we rijden dan ook bijna de hele dag door een woestijn. 70% van de wegen in Namibië zijn onverhard en we laten dan ook een dwarrelende stofwolk achter ons. We komen wel door het Naute recreatie gebied. De Naute Recreation Area is een 230 vierkante kilometer groot recreatiegebied in het zuiden van Namibië, 55 kilometer ten zuiden van de regionale hoofdstad Keetmanshoop. Het omringt de Nautedam. Het einde van de rit is in Bethanie. Onze overnachting plaats is Bethanie Guest House. Bethanie is een dorp in de Karas regio in het zuiden van Namibië. Het is een van de oudste nederzettingen in het land. Bethanie ligt aan de weg C14 tussen Goageb en Walvis Bay, 100 km ten westen van Keetmanshoop. Het heeft een bevolking van ongeveer 2.0 Ons onderkomen heeft een heel klein zwembad en we kunnen er dan ook alleen maar om de beurt afkoelen. Het wordt ons afgeraden om buiten de muren te gaan wandelen, aangezien de bevolking salaris heeft ontvangen en die dan meestal niet naar de spaarrekening brengen, maar naar de plaatselijke kroeg. Teveel alcohol zorgt er dan voor dat ze de toeristen gaan lastig vallen. We blijven dus maar gewoon in ons 3 bij 2 meter tellend zwembadje. We zijn wel voorzien van een luxe badkamer met ligbad en douche. Er wordt niet meer ondernomen dan een boekje lezen en relaxen. Het avond eten bestaat uit een buffet van wilde dieren. We hebben ze tot nu toe vaker gegeten, dan gezien. Ze smaken in ieder geval goed. We borrelen na het eten nog wat na en gaan dan weer tevreden ons mandje in. We moeten weer vroeg op.

Donderdag, 6-10-2016. Om 6.15 uur gaat de wekker al weer af. Erg vermoeiend vakantie vieren. Na het ontbijt is weer de bus in en de C14 volgen naar het noorden. Ons doel voor vandaag is een middeleeuws Duits kasteel. Als niemand hier zin in heeft slaat de gids het over. Wij zijn van mening dat we die dingen wel in Duitsland kunnen gaan bekijken, maar er zijn mensen met een andere mening en dus gaan we dit bezichtigen. Het Duwisib-kasteel is aan de rand van de Namibwoestyn, 72 km suidwestelijk van Maltahöhe in de streek Hardap gelegen. Dit is een van Namibisch nationale gedenkwaardigheden en een gewilde bezienswaardigheid in die streek. Het kasteel, dat met zijn versterkingen en torens op een middeleeuwse bouwwerk lijkt, was de realisatie van een droom die de Saksische artillerie-officier Hansheinrich von Wolf en zijn Amerikaanse echtgenote na hun huwelijk koesterde. Von Wolf, die op 11 september 1872 in Dresden in een adellijke familie geboren is, treedt later in zijn vaders voetsporen. Het resultaat (Ernst von Wolf heeft als generaal-majoor in het Koninklijke Saksische leger gediend) is een militaire carrière, waarin hij in Königsbrück nabij zijn geboortestad, ook in het keizerlijke leger heeft gediend. Toen de inheemse Herero -bevolking in Duits-Zuidwest-Afrika in januari 1904 in opstand kwam tegen de koloniale bewindhebbers en ook de Nama's een jaar later bij de oorlog tegen de Duitsers werd betrokken, zijn zij voor de kolonisten en koloniale troepen een ernstige bedreiging geweest. In de confrontatie met Duitse troepen heeft die in een vroege fase van het conflict vernederende nederlagen geleden. In het Duitse Rijk namen jonge mannen als vrijwilligers de wapens op, om in de kolonie tegen de opstandelingen te strijden. Zo ook von Wolff, die laat in 1904 in Swakopmund aankwam om zich bij de Duitse Schutztruppe aan te sluiten. Uiteindelijk heeft zijn vrouw er maar 5 jaar gewoond. Na een uurtje ziten we weer in de bus, onderweg naar Hammerstein. Hammerstein is gelegen tussen Swakopmund en Lüderitz, gelegen tussen de Nubib en Tsaris bergen. Het is een ideale tussenstop voor reizigers naar het zuiden van Namibië. Het ligt in de nabijheid van de prachtige regio Sossusvlei en slechts 60 km van Sesriem. Behalve slapen, kun je hier ook in een kooi met wilde dieren lopen en dat gaan we dus doen. De 1e kooi is voorzien van een luipaard, maar door de hitte ligt hij onder een struik en komt er niet onderuit. We kunnen toch wel mooie foto’s maken, maar het was leuker geweest als je er bij zou kunnen gaan zitten. De volgende kooi heeft 3 rooikatten, wij noemen ze lynxen. 2 mannetjes en 1 vrouwtje. De testosteron vliegt je hier om de oren. De wedstrijd is begonnen, maar ze is nog niet zo gewillig. De volgende kooi heeft een cheeta en ook die ligt verscholen voor de zon. Deze keer kunnen we er zo bij gaan zitten, dat je hem toch nog kunt aaien. De gids zit er wel bij, het is toch een wild dier………. Als we uitgespeeld zijn, gaan we weer verder naar onze volgende lodge en kunnen we tijdens de reis nog eens alles laten bezinken. Gelegen in het hart van de Namibische woestijn, zo'n 300 kilometer ten westen van Windhoek en grenzend aan drie kanten van het Namib Naukluft Park, is Weltevrede Guest Farm de thuisbasis van de rijke flora en fauna en de toegangspoort tot de beroemde Sossusvlei duinen en Sesriem Canyon. Te midden van een spectaculaire mix van ruige bergen, duinen, hard gravel vlaktes, stoffige prehistorische rivierbeddingen en eindeloze Camel-doorn bomen (Acacia erioloba), ligt Weltevrede in een welkome oase van vriendelijke gastvrijheid aan het eind van je avontuurlijke dag. Vanaf de weg zie je deze lodge bijna niet liggen. Het ontvangst comitè is top en zeer vriendelijk. Onze kamer kijkt uit over de vlakte en rechts van ons terras is een vijver. We zien een erg mooie zonsondergang, maar helaas geen dieren aan de waterpoel. Na het eten (wat erg lekker was) gaan we slapen, aangezien we morgen erg vroeg op moeten. Maar voordat we de ogen kunnen sluiten, moet ik eerst nog een gekko naar buiten jagen.

Vrijdag, 7-10-2016. Het is nog pikkedonker als we voor ons ontbijt gaan. En hier is het dan èèèècht donker. De klok geeft 5 uur aan. We kunnen alleen een kop koffie drinken en het klaar staande ontbijt gaat mee in de bus. Als we de doorgaande weg op rijden, zien we al diverse lampjes voor en achter ons rijden. Je moet goed oppassen om hier in het donker te rijden, nul verlichting en er kan elk moment een wild dier oversteken. Na een uurtje komen we bij de ingang van de Sossusvlei en we zijn niet de eerste, er staat al een rij. Het Namib-Naukluft National Park is een nationaal park van Namibië en omvat een deel van de Namibwoestijn en het Naukluftgebergte. Het gebied heeft een totale oppervlakte van 49.768 vierkante kilometer en is daarmee het grootste wildpark in Afrika en het op drie na grootste in de wereld. Het meest bekende gebied van het park is de Sossusvlei (samen met de Dodevlei), dat een van de belangrijkste toeristische attracties van Namibië is. Een verrassende verzameling van wezens overleeft in de hyper-droge regio, waaronder slangen, gekko's, ongewone insecten, hyena's, gemsbokken en jakhalzen. Vocht komt vooral het gebied in in de vorm van mist vanaf de Atlantische Oceaan dan dat er als regen valt, met gemiddeld 106 millimeter neerslag per jaar geconcentreerd in de maanden februari en april. De winden die de mist brengen zijn ook verantwoordelijk voor de torenhoge zandduinen van het park, waarvan de gebrand oranje kleur een teken is van hun leeftijd. De oranje kleur is in de tijd ontwikkeld doordat ijzer in het zand geoxideerd is, net als roestig metaal; hoe ouder de duin, hoe helderder de kleur. Deze duinen zijn de hoogste in de wereld en stijgen op sommige plaatsen op tot meer dan 300 meter boven de woestijnvlakte. De duinen lopen taps af in de nabijheid van de kust, en de lagunes, moerassen en wadden gelegen langs de kust trekken honderdduizenden vogels. 'Namib' betekent open ruimte en de Namibwoestijn gaf zijn naam aan Namibië - "het land van de open ruimte". Het park werd opgericht in 1907 toen de Duitse koloniale administratie het gebied tussen de rivier de Swakop en de rivier de Kuiseb uitriep tot een wildpark. Het park met de huidige grenzen werd in 1979 opgericht door de samenvoeging van het Namib Desert Park, het Naukluft Mountain Zebra Park (opgericht in 1964) en delen van de Diamond Area 1 en een aantal andere stukjes land rondom van de overheid. Het park heeft een aantal van de meest ongewone wilde dieren en natuurgebieden in de wereld. De regio wordt gekenmerkt door hoge, geïsoleerde inselbergen en kopjes (een Afrikaanse term voor rotspartijen), opgebouwd uit dramatisch bloedrood graniet, rijk aan veldspaat en zandsteen. Het meest oostelijke deel oostelijke deel van het park beslaat het Naukluftgebergte. De Sossusvlei is een klei-vallei in het midden van de Namibwoestijn. De vallei is onderdeel van het Namib-Naukluft National Park in Namibië. Gevoed door de rivier de Tsauchab, staat het gebied bekend om de hoge, rode zandduinen die het omringen en het tot een grote zee van zand maken. Vegetatie, zoals de acacia, wordt van water voorzien door zeldzame overstromingen van de Tsauchab, waarbij de bodem zich langzaam volzuigt. De rode kleur van het zand ontstaat door de hoge concentratie ijzer. Vlak bij de Sossusvlei liggen de Dodevlei en de Hidden Vlei. Dune 45 is een bekend uitzichtpunt. Deze bijzondere plekken zijn over de weg bereikbaar via het plaatsje Sesriem. Onze chauffeur Elwin besluit om eerst te gaan tanken. Terwijl de brandstof gevuld wordt, gaat de hele bus het winkeltje binnen van het tankstation. Wij zoeken iets om te knabbelen, maar het wordt tandpasta, een bodywarmer en een pak koekjes. Terwijl iedereen al in de bus zit, moeten wij nog afrekenen. Tot overmaat van ramp is ook het papier rolletje op van de pinautomaat. Bij het intreden van de bus, merken we dat er een “sfeertje” is. Maar ja, relax het is vakantie. We gaan in de rij staan voor de poort en op dat moment komt de zon net boven de berg toppen uit……………… fenomenaal, prachtig gewoon. Na een kwartiertje genieten gaat de poort open en rijden we de vallei in. Hier is wel een asfaltweg en rijden we rustig door het park. We zien ook luchtballonen die hier bij zonsopgang opstijgen. We komen bij Duin 45. Duin 45 is niet de hoogste duin van Sossusvlei, daarentegen is het misschien wel een van de bekendste duinen in dit gebied. Duin 45 is erg fotogeniek en het is een van de eerste grote duinen waar je langskomt op de weg naar Sossusvlei. De vallei waar je doorheen rijdt op weg naar Sossusvlei wordt bij het begin van de duinen langzaamaan steeds smaller, bij duin 45 is het smalste punt ongeveer bereikt tot in Sossusvlei. Je kunt hier naar boven klimmen, wat ik een stukje doe, om mooie panorama foto’s te maken. Het losse woestijn zand zorgt er meteen voor dat je de spieren, waarvan je dacht dat je die niet had, direct voelt. Later krijgen we hier nog gelegenheid genoeg voor. Na een half uurtje rijden we weer verder totdat het asfalt ophoudt. Hier moeten we overstappen in 4x4 auto’s. zij brengen ons door het mulle zand naar de echte Sossusvlei. Als we vanaf geïmproviseerde parkeerplaats naar de duin zelf lopen, wordt alles steeds groter en mooier. Ik ga de duin omhoog en Sil loop met Anja naar het drooggelegde deel met de dode bomen. Mijn kuit spieren zwellen op terwijl ik naar boven zwoeg. Gelukkig is het nog vroeg in de ochtend, vanmiddag is het waarschijnlijk rond de 40 graden. Als ik 50% heb gehad vind ik het wel goed, maar het is toch nog zo hoog dat ik met de camera helemaal tot op het eind moet inzoomen om Sil en Anja te kunnen herkennen. De stilte om je heen en dit natuurlijke fenomeen is werkelijk prachtig. Naar beneden kijkend zie ik de wit uitgeslagen vlakte tussen de duinen in, bezaaid met dode fotogenieke bomen. Het uitzicht is werkelijk onvoorstelbaar mooi. Ik loop door het schuivende zand aan de schaduw kant naar beneden. nu si dat nog mogelijk op je blote voeten, als de zon er op komt te staan, is dat voorbij. Op deze witte vlakte maak ik nog diverse foto’s, om vervolgens met Peter weer mee naar boven te lopen. Dit is niet zo geleidelijk als de eerste keer en de kuiten spelen direkt weer op. Gelukkig krijg ik boven weer de beloning van het uitzicht. Hanny en Els waren ook op de top en met z’n vieren wandelen we weer over de spits naar beneden. Terug bij de terrein wagens mag ik nu voorin zitten en kan ik mooie video opnames maken. Op de terugweg zien we diverse gemsbokken en struisvogels die tevoorschijn zijn gekomen. Bij de poort gaan we rechts af en een stuk verderop is Sesriem Canyon. Sesriem Canyon ligt op ongeveer 4,5 km van de toegangspoort van de Namib-Naukluft National Park. De Tsauchab River heeft de Canyon loop van miljoenen jaren gevormd en het is een van de weinige plaatsen in het gebied dat het water het hele jaar door houdt. De vroege Afrikaans ontdekkingsreizigers in het gebied uitgeroepen tot de canyon na het feit dat ze moesten zes ( “ses”) lederen riemen ( “riem”) gebruiken met elkaar verbonden aan een touw lang genoeg om een lagere emmers in de canyon hieronder te creëren, met het oog op haal water. Er is parkeergelegenheid zodat bezoekers hun auto kunnen parkeren en maak een wandeling door de canyon. De canyon is smal op plaatsen, maar het is het ontdekken waard vanwege de prachtige rotsformaties die uw aandacht zal boeien. De canyon is erg compact, maar wel leuk om doorheen te lopen. dan is het tijd voor de lunch en rijden we terug naar de ingang van het park. Hier is een camping en ook een restaurant. Hier kunnen ze wel wat lessen gebruiken qua organisatie. Het is druk, maar hier raakt niemand van onder de indruk en we hebben niet het idee dat er inspanningen worden gedaan om het vlugger te laten verlopen. Uiteindelijk hebben we ons natje en droogje. Hierna is het tijd om terug naar ons resort te gaan. Hier trekken we een baantje in het te verkoelende water en nemen daarna een lekkere warme douche. Op ons eigen terras, nemen we nog een pintje, voordat we naar het avond eten gaan. Hierna gaan we ons mandje in. Het was een lange dag en morgen komt er weer een mooie.

Zaterdag, 8-10-2016. Na een vroeg, maar goed ontbijt, gaan we weer op pad. We stoppen bij Solitaire voor de beste apfelstrudel die er is bij Moose McGregor’s Desert Bakery. Het is geen stad of een dorp, meer een pit-stop. Het is niets meer dan een winkel, een kleine lodge, een bakkerij, en het enige tankstation voor vele, vele mijlen. Dit maakt Solitaire een onvermijdelijke tussenstop voor reizigers rijden naar Soussvlei van Swakopmund en Windhoek. De zon is warm, zelfs bij zonsopgang en slaat neer op de vintage tractor en auto's langs de route in Solitaire. Solitair is ook met een volle tank een bezoek meer dan waard. Na ons wc bezoek lopen we het terrein rond en komen bij een kaal veld waar allemaal beestjes rond lopen. wij denken dat het stokpaardjes zijn…….. ze zijn niet mensen schuw en als je geduld hebt, eten ze uit je hand. Door dit oponthoud komen we weer te laat in de bus. Wij vier Brabanders hebben ondertussen wel en “naam” gekregen en daar beginnen we wel trots op te zijn. Na weer diverse blikken, vertellen we dat we zo laat zijn, omdat we stokpaardjes hebben gezien. Nu wordt de bus wakker en willen ze allemaal gaan kijken. Het volgende moment loopt de bus leeg………… En zo lopen we naar de plaats waar de beestjes rond hangen, met in ons kielzog de hele bus. Als Arne de beestjes ziet, blijken dit geen stokpaardjes te zijn, maar grond eekhoorns. Onze naam wordt nu wel met hoofdletters geschreven……….. Als de bus weer gevuld is, gaan we weer op weg voor de volgende 35 km. Hier stoppen we bij Boesman farm in Cha-re. We stappen over in een truck met laadbak voor personen vervoer. We rijden de grote kale vlakte op en zien de berg-zebra’s in enkele kudde’s rondlopen. Maar ook impala’s, struisvogels en gemsbokken. Onze gids Frans vertelt ook over de begroeiïng en laat boven op een heuvel het holletje van een spin zien. Het uitzicht is weer geweldig. Deze simpele, maar heel leuke mini safari is na 2 uurtjes ten einde en wij gaan verder op de C14. Het is onvoorstelbaar dat in deze woestenij elk 5 minuten het landschap verandert. Zo rijd je over de vlakte en zo dalen we af in de Gaub pass. Van deze pas naar de volgende is maar 35 km en toch is het en heel andere omgeving. Kuiseb Pass is een bergpas op een hoogte van 905m (2,969ft) boven de zeespiegel. We stoppen hier om naar boven te klimmen en een heel goed overzicht van het geheel te hebben. prachtig en ongelooflijk mooi om te zien. de C14 eindigt in Walvisbaai en net vor dat we daar aankomen, moeten we door de grens van woestijn en kust gebied. We rijden diverse kilometers door een zand storm, alsof de twee windstromen hier op elkaar botsen. In Walvisbaai rijden we eerst naar de Lagoon Promenade Road voor een zicht op de flamingo’s. maar er staat veel wind en de dames staan er niet erg fotogeniek bij. De tocht voert verder naar Swakopmund waar we 2 nachten verblijven in hotel “Europa Hof”. Nadat we ons van onze bagage hebben verlost, gaan we met een groepje van de zonsondergang genieten. We lopen de pier op en nemen iets te drinken bij “Jetty 1905”. Dit glazen restaurant bied mooi uitzicht over de zee en de zonsondergang. Omdat we alleen iets willen drinken en niet eten, moeten we na een uurtje weer verkassen en gaan o de boulevard naar “The Tug”. We hebben met nog meer mensen van de groep afgesproken en die reeds binnen. We schuiven ook aan en maken er een gezellige avond van, voordat we weer voldaan ons mandje induiken.

Zondag, 9-10-2017. Om 8.00 uur staan we klaar bij de receptie om opgehaald te worden voor een boottocht door Walvisbaai. Onze taxi zet ons 500 meter weer af, zodat we onze kaartjes kunnen afrekenen. Hier hadden we niet voor hoeven te wachten, maar goed we zitten duidelijk in een ander cultuur. Als we dan eindelijk weer op pad gaan, gaan we eerst terug naar Esplanade Park voor de flamingo’s. De weersomstandigheden zijn nu veel beter en er zijn ook veel meer flamingo’s. nu kunnen we wel mooi fotograferen en filmen. De flamingo’s zijn nu vergezeld door heel veel pelikanen. Samen maken ze er een mooi schouwspel van. We blijven best wel lang op deze plek en als er een telefoontje overgaat, moeten we ineens allemaal instappen en rijden we naar Walvisbaai. Catamaran Charters Check-in point is ons doel en daar zijn we dan ook zo. Als wij uitvaren, zien we naast ons een zeehond op de boot springen. Dit belooft veel moois. Het duurt niet lang voordat de pelikanen en meeuwen ons volgen. De pelikanen vliegen langs de boot en gaan op de reling zitten. Dit doen ze niet voor de 1e keer. De dolfijnen laten niet lang op zich wachten en zwemmen rond en onder de boten. Als we de naar het eind van de baai varen, worden we begeleid door wel 20 dolfijnen. Oude en jonkies. Hoe mooi kan het zijn. We krijgen al vlug een onbekend drankje aangeboden en voor 10.00 uur zit de 1e alcohol er al weer in. Helaas zien we geen walvissen, ook al zitten ze er wel. Een stel uit onze groep zijn van morgen wezen kajakken op de zee en zij hebben er wel een gezien. We varen langs enkele olieboorplatforms en de nodige olie tankers, om vervolgens bij een kolonie zeehonden te komen. Deze maken erg veel lawaai en stinken ook nog eens. Maar het is wel mooi om te zien hoe een kudde beesten zich toch zo weet te vermaken. Sommigen dobberen wat rond en andere zwemmen langs de boot om iets te eten te scoren. Ook op het strand is het een drukte van jewelste. Tijdens de terugvaart, krijgen we een champagne buffet met natuurlijk veel zee verbonden hapjes. Ikzelf ben niet zo’n vis liefhebbe, maar de oesters gaan er bij de Belgische dames goed in. Terug aan de wal staat er een pelikaan ons op te wachten en we maken nog enkele leuke foto’s. Dan gaan we weer terug naar Swakopmund. Hier kunnen we eerst zelf wat rond wandelen door het stadje. Om 3 uur staat de taxi klaar om ons mee te nemen naar een Township, Mondesa genaamd. Je hebt hier een tweedeling van de getto. In het ene gedeelte hebben mensen een “blikken “ huisje gekregen van de staat, maar moeten ze wel betalen voor het water. De mensen die niet willen of kunnen betalen wonen in de houten krotten. Sommigen hebben dus bewust gekozen om te wonen zoals ze dat nu doen. Mondesa is een buitenwijk van Swakopmund in Namibië . De wijk is gelegen in het noordoosten van de stad. Het noordwesten grenst aan de wijk Tamariskia en ten zuiden ligt het bedrijventerrein. Verder is Mondesa door de woestijn Namib omgeven. Op ongeveer een kilometer afstand is in het noordoosten de Democratische Resettlement Gemeenschap (DRC), die in 2003 door de gemeenteraad officieel werd erkend. De sloppenwijk van Swakopmund blijft zich verspreiden. Oorspronkelijk is Mondesa een township voor de zwarte bevolking van Swakopmund. Het is nog steeds het armste deel van de stad die wordt gekenmerkt door kleine individuele huizen en een bevolking met een hoge werkloosheid. Ook is het snelst groeiende deel met een geschatte populatie van 25.000 en derhalve meer dan 70% van de totale bevolking van Swakopmund. Op bepaalde plaatsen mogen we fotograferen en daar maken we dan ook gretig gebruik van. Op andere plaatsen is het gebruikelijk dat je het eerst vraagt en dan te betalen. Maar met geld in het openbaar moet je hier sowieso voorzichtig mee omgaan. Voor de bevolking is dit ook een kleine vorm van inkomen. We komen bij een huisje waar we naar binnen gaan, om het traditionele leven van hieruit te bekijken. Er wordt ons verteld hoe het leven is en de dochter des huizes kleed zich om in traditionele kleding. De Herero zijn nauw verwant aan de eveneens in Namibië wonende Himba. De volken zijn van oudsher herders en de talen van beide volken, Otjiherero en Zemba, zijn vrijwel identiek. Beide groepen kleedden zich vroeger op dezelfde manier, de vrouwen liepen boven bloot en de weinige kleding die ze droegen bestond uit dierenhuiden. Toen de Duitse missionarissen het gebied wilden kerstenen, vonden ze die dracht onbeschaafd. De missionarissen bevalen de Himba’s en de Herero’s zich te kleden conform de toenmalige Europese mode die bestond uit Victoriaanse kleding. De Herero’s waren gevoelig voor de missionarissen en veranderden hun kleding, de Himba’s deden dat niet. De Hererovrouwen dragen sinds de eerste helft van de 20e eeuw Victoriaans aandoende jurken met daaronder vele onderrokken, op hun hoofd dragen de Herero’s een haaks geplaatste grote hoed. Sil en Janine worden mee naar achteren gelokt en moeten zich daar ook omkleden in deze kledij. Dat valt nog niet echt mee, aangezien de maten niet helemaal overeenkomen met de personen die er in moeten. Als dan ook nog wordt verteld dat Sil met haar blanke huid, de Afrikaanse rondingen en blonde haren, 12 koeien waard is (heel erg veel voor deze mensen), moet ik toch even nadenken wat ik er mee zal doen. 12 koeien…… gelukkig voor Sil heb ik maar 1 retour ticket……… We gaan ook nog een soort van winkeltje in om deze groep mensen financieel te ondersteunen. We kopen enkele zelf gemaakte dingen en luisteren ondertussen naar de uitleg over de “klik taal”. Met behulp van de tong, klakken de mensen op een bepaalde manier, zodat ze elkaar hierdoor kunnen begrijpen. Onze volgende bezoek is aan Hafeni, Cultural Village & Traditional Restaurant. Hier eten we hetzelfde als wat deze mensen normaal op hun bord krijgen. Een soort pap in de vorm van een dikke pannenkoek, een spinazie mix, een kippenpoot en als toetje gebakken wormen. We eten met onze handen. Je pakt een stuk van de pannenkoek en haalt deze door de spinaziemix. Onze handen worden van te voren wel gewassen. Tijdens het eten is er een zang groepje wat voor ons optreed. Het maakt wel meteen een echte Afrikaanse sfeer. Na het kopen van een cd is het bezoek afgelopen en gaan we verder. We rijden weer terug naar ons hotel en nemen eerst wat tijd om een koud pilsje te nuttigen. Na een douche lopen we het centrum in en gaan op onze eigen manier onze magen vullen. We weten niet meer wat we gegeten hebben, maar het was wel erg lekker. als alles op is, gaan we terug naar het hotel om voldaan ons mandje in te duiken.

Maandag, 10-10-2016. We zijn op vakantie nog nooit zo veel zo vroeg opgestaan, maar ja zo zien we dan ook erg veel. Na het ontbijtje de koffers weer in de bus en op naar ons volgende doel. Dit is Cape Cross. Kaap Kruis (Cape Cross) is een landpunt aan de Namibische kust, op ongeveer 100 km ten noorden van de kustplaats Swakopmund. Kaap Kruis is tevens een bekend reservaat voor een enorme kolonie Kaapse pelsrobben (Arctocephalus pusillus). In het jaar 1484 vaart de Portugees Diogo Cão langs de Atlantische kust van Afrika naar het zuiden. Hij is de eerste Europeaan die zo langs de Namibische kust vaart. Zijn ontdekkingsreis eindigt — letterlijk — bij Kaap Kruis. Hij gaat er aan land en plaatst een gedenkteken, een kruis met een inscriptie. De inscriptie luidt: "6684 jaar sinds de schepping van de aarde en 1484 jaar sinds de geboorte van Christus, heeft de illustere Don Juan de opdracht gegeven om hier een teken op te richten aan zijn ridder Diego Cão." Diogo Cão overlijdt bij Kaap Kruis en ligt er begraven. Het door hem opgerichte kruis is voor volgende ontdekkingsreizigers — zoals Bartolomeus Diaz (1487-'88) en Vasco da Gama (1497-'99) — een baken op weg naar Kaap de Goede Hoop en verder. Het originele kruis is later overgebracht naar het museum voor oceanografie in Berlijn en vervangen door een replica. Deze replica bleek niet geheel op de originele plaats te staan en daarom staat er nu nog een tweede replica, wel op de goede plaats. Tussen 1898 en 1903 is er een behoorlijke gemeenschap bij Kaap Kruis die zich bezighoudt met het verzamelen van guano. Een flinke begraafplaats herinnert aan deze periode. Tegenwoordig is de kolonie pelsrobben de belangrijkste trekpleister voor toeristen. Als we uit de bus stappen, kunnen we de robben al ruiken….. Deze beesten hebben het echt goed. Ze doen niet anders dan in het zonnetje liggen, te dobberen op het water, herrie maken, stinken en ruzie zoeken als er iemand de zonnestralen afpakt. De stank zorgt er voor dat de meeste weer vlug van het strand richting de bus lopen. Nadat er diverse foto’s zijn gemaakt, nog even naar het herdenking kruis en dan weer weg. We blijven de C34 langs de kustlijn volgen en komen zo bij “Skeleton Coast”. De Geraamtekust of Skeleton Coast is de kustlijn van de Namib-woestijn tussen de rivier de Kunene op de grens van Angola en Namibië in het noorden en Swakopmund in het zuiden. Geologisch gezien hoort het grootste deel van de Geraamtekust met een ouderdom tot 1,5 miljard jaar tot de oudste gesteentenformaties op aarde. De combinatie van mist, een heftige branding en onberekenbare stromingen (de Benguelastroom) maakten de Geraamtekust van oudsher gevaarlijk voor de zeevaart, maar ook voor walvissen. De Geraamtekust is bezaaid met duizenden scheepswrakken. Zeelui die de kust levend wisten te bereiken hadden in de woestijn geen kans om te overleven – vandaar de naam Geraamtekust. Het noordelijk deel van de Geraamtekust is een nationaal park: dit Skeleton Coast Park strekt zich over 500 km uit tussen de rivieren Ugab en Kunene . Er staat een stevige wind en op zee zijn er hoge golven, wat de sfeer bij de scheepswrakken wat realistischer maakt. Na dit aanschouwd te hebben, moeten we eerst weer een stukje zuidwaarts om dan het binnenland in te gaan. Het eindpunt is “Brandberg”. We slapen in White Lady Lodge. De Brandberg is Namibisch hoogste berg. Brandberg ligt in het voormalige Damaraland , nu Erongo , in de noordwestelijke Namib woestijn, in de buurt van de kust en heeft een oppervlakte van ongeveer 650 km². Met zijn hoogste punt, de Königstein, die zich op 2573 m boven de zeespiegel bevind en gelegen op de vlakke Namib gravel vlaktes, kun je op een heldere dag “De Brandberg” zien vanaf een grote afstand. Er zijn verschillende routes naar de top, de gemakkelijkste (ook steilste) wordt de Ga'aseb rivier vallei, maar ook andere routes zijn de Hungurob en Tsisab rivier valleien. De dichtstbijzijnde nederzetting is Uis , op ongeveer 30 km van de berg. We vallen met onze neus in de boter. Ze willen net wegrijden voor een mini safari. Hier leven de woestijn olifanten en dat we deze zullen tegen komen is zowat 100%. We leggen vlug onze spullen in onze kamers en smeren ons in tegen de zon. Het is een open truck, dus verbrand je makkelijk. De locatie van deze lodge is erg mooi, alleen zien we er niet veel van nu we ons moeten haasten. Onze gidsen doen net alsof ze moeite moeten doen om ze te vinden, maar later blijkt dat ze elke avond bij de zelf aangelegde put komen drinken. Dit maakt het niet minder mooi. Onze eerste dik konten zien we als we ze van achteren inhalen. Ze worden niet zenuwachtig en zelfs als we er vlak langs af rijden, ontstaat er geen paniek. 100 meter verder lopen er nog 9 en als ze samen gevoegd zijn is het een hele familie met kleintjes en grote. We rijden weer een stukje vooruit en komen bij de waterput uit. Deze put is aangelegd om de dieren uit deze regio de gelegenheid tot overleven te geven, aangezien ze bedreigd worden, maar ook zeker om ze op de plaats te laten waar ze zijn. Het heeft in Namibië al 3 jaar niet geregend. Terwijl we staan te wachten, komen ze in een stofwolk door de begroeiing aangelopen. Het is net geen “jungle book”, want ze houden elkaars staart niet vast, maar verder is het precies hetzelfde. Plotseling komt de grote bull onze kant op gelopen. Hij wordt gevolgd door een “kleine” soort genoot. Volgens ons krijgt de “kleine” les in het verjagen van hun grootste vijand, de mens. Met slingerende slurf komt hij onze kant op. Sil zit in de open truck net aan de kant waar hij op af komt. Op de een of andere manier lijken ze aan jouw kant altijd groter. Arno zegt dat het wel meevalt, maar Sil komt toch een stukje mijn kant opgeschoven en wil dat we terug uit rijden. Als ook de bull onze kant op komt met een schuddende kop, besluit de chauffeur dat het toch verstandiger is om afstand te nemen. Als we 10 meter terug zijn gegaan en een draai hebben gemaakt is het even rustig. Maar na een paar minuten komt de kleine zijn les vervolgen. Nu zit Arno aan de goede kant en word het verhaal ineens andersom. Als de jonge olifant weer dicht genaderd is, moeten we weer het veld ruimen en gaan we wederom 20 meter terug. Nadat ze even vertwijfeld staan te kijken, vinden ze het toch goed en draaien ze om, om weer naar de waterput te gaan. Dit is wild life, zonder hek ertussen en dan nog maar 3 meter van je af, geeft toch een ander gevoel als in de dierentuin. We hebben super plaatjes kunnen schieten. Wat een pracht reis. Als we terug naar de lodge rijden, nemen we een iets andere route en met een prachtige ondergaande zon, stoppen we nog bij een hele aparte rots. Deze heeft een vreemd gevormde structuur door de erosie. De koelbox wordt uit de truck gehaald en we nemen met z’n allen een pintje. Nu kunnen we ook alles eens rustig laten bezinken. Als de flesjes leeg zijn, gaan we verder naar onze overnachting plek. Tijd om te douchen is er niet, want we moeten meteen aanschuiven. Tijdens het diner krijgen we een show van het personeel en natuurlijk worden wij er uit gepikt om mee te doen. Sandra, Hannie en wij zelf doen uiteraard vol enthousiasme met hen mee. Na deze dinershow gaan we naar onze hut en kunnen we alsnog het zand en het zweet weg spoelen. Dit is onze eerste nacht in gescheiden bedden en onder een klamboe. Maakt niet uit, we dromen toch wel.

Dinsdag, 11-10-2016. Om 6.00 uur is het weer tijd om op te staan. We hebben vandaag niet zo veel kilometers, maar toch een druk programma. De meest wegen zijn onverhard, je kunt dus niet zien of iets een hoofdweg of een kleine weg is. Volgens de kaart lijkt de D2612 niet zo’n grote weg, maar vermoedelijk komen er wel veel toeristen langs. Er staan in ieder geval veel kraampjes met Himba of Herera vrouwen. De Himba (of Ovahimba) is een bevolkingsgroep in het noordwesten van Namibië. Ze bevolkt een deel van de regio Kunene, het gedeelte dat bekend is onder de naam Kaokoveld ten zuiden van de Kunene-rivier. De Himba zijn nomaden en leven voornamelijk van hun vee. De Himba zijn nauw verwant aan de Ovazemba en de Herero. Hun taal Zemba is vrijwel identiek aan de Otjiherero, die de taal is van de Herero. Kaokoveld is een droog en onherbergzaam gebied. De Himba hebben tijdens de koloniale overheersing van Zuid-Afrika in afzondering geleefd en leven in het begin van de 21ste eeuw nog grotendeels op traditionele wijze. De Himba's zijn een nomadisch volk; ze trekken met hun koeien en geiten door het land. Verder verbouwen ze maïs waar ze maïspap van maken. Het voedsel van de Himba's bestaat voornamelijk uit melk met meel erin; als er groente is eten ze dat ook. Af en toe wordt er een dier geslacht; daarvan eten ze elk onderdeel op. Koeien worden alleen geslacht bij bijzondere gelegenheden, bijvoorbeeld bij een huwelijk, maar ook bij een begrafenis. Voor de Himba is hun uiterlijke verschijning erg belangrijk. Hun uiterlijk zegt iets over de plaats in de groep en de fase van hun leven. Als ze tien jaar zijn worden bij zowel de jongens als de meisjes de twee voortanden in de onderkaak eruit geslagen met een stok en een steen. Dit is een Himba-traditie waarvan de herkomst onduidelijk is. Meisjes dragen hun haar in twee vlechten over hun voorhoofd; in de puberteit vlechten ze hun haar in kleine staartjes die ingesmeerd worden met geitenvet en oker. Getrouwde vrouwen dragen daarbij nog een kleine kroon van geitenvel op hun hoofd. Huwbare Himba jongens zijn herkenbaar aan een gebogen staartje omhoog. De Herero of Ovaherero is een bevolkingsgroep uit Namibië, waar ze een minderheid vormt. Er zijn twee grote groepen binnen de Herero te onderscheiden: de Ovaherero en de Ovambanderu. Zij kwamen in contact met Europeanen toen de Duitsers aan het einde van de 19e eeuw het woongebied van de Herero tot deel van Duits-Zuidwest-Afrika verklaarden. In 1904 kwamen de Herero onder leiding van Samuel Maharero in opstand. Duitsland stuurde een legereenheid onder Lothar von Trotha. Deze gaf bevel tot een genocide (Vernichtungsbefehl): "Elke Herero die binnen de Duitse grenzen wordt aangetroffen, met of zonder geweer, met of zonder vee, zal worden neergeschoten." Wie niet werd doodgeschoten of -geknuppeld werd een vluchtweg geboden in de richting van de woestijn om er te sterven van dorst, want de Duitsers hadden de bronnen vergiftigd. Van de ongeveer 80.000 Herero overleefde ongeveer een kwart de slachting door naar Botswana te vluchten (zie Namibische genocide 1904). In 2002 heeft de Herero-gemeenschap herstelbetalingen geëist van Duitsland. In augustus 2004 heeft de Duitse minister van ontwikkelingssamenwerking Heidemarie Wieczorek-Zeul verklaard dat de Duitse regering de genocide van 1904 betreurt, maar tot echte verontschuldigingen kwam het niet. Herero-leider Kuaima Riruako ziet de Duitse verklaring niettemin als een stap op weg naar herstelbetalingen. We stoppen diverse keren om iets van hen te kopen of om eten af te geven. Bij een stopplaats worden er ballonnen opgeblazen en met de kinderen gespeeld. Sil merkt op dat er diverse kinderen mij aan het begluren zijn. Ik heb een mouwloos hempie aan en enkele tatoeages zijn zichtbaar. Als ik door de knieën ga, drommen ze allemaal om me heen en zitten er duizend kinderhandjes onder mijn hemd en over mijn huid. De temperatuur loopt op tot 41 graden en we gaan weer in de airco van de bus. We hoeven niet zo heel ver meer te rijden voordat we bij ons volgende doel komen. De rotstekeningen bij Twijfelfontein. Twyfelfontein is de naam van een waterbron en van het dal waarin deze bron ligt, in de bergen van Damaraland in Namibië. In de taal Nama/Damara heet het gebied Uri-Ais, "springende bron". Toen zich in 1947 blanke boeren in de streek vestigden, bleek de bron minder betrouwbaar dan gedacht, hetgeen de huidige naam inspireerde. In 1964 werd de onderneming verlaten, maar de naam is gebleven De vallei werd beroemd toen er vele honderden prehistorische rotstekeningen werden ontdekt. Het is niet bekend wanneer de ontdekking gedaan werd, onder anderen volkenkundige Reinhard Maack (1892-1969) en geoloog Volkmann worden genoemd als de eerste onderzoeker die ze wereldkundig maakte. Het bleken meer dan 2500 verschillende prenten te zijn. Nadat er al vele exemplaren waren ontvreemd, werd Twyfelfontein in 1952 uitgeroepen tot nationaal monument, en in 2007 tot werelderfgoed volgens de Werelderfgoedlijst van UNESCO. Ook op de hoogste berg van het land, de Brandberg, zijn rotstekeningen te vinden. De tekeningen zijn niet alleen vanwege hun ouderdom bijzonder, maar ook omdat ze in de steen gekerfd zijn terwijl primitieve kunst meestal is geschilderd met natuurlijke pigmenten en houtskool. De tekeningen zijn uitbeeldingen van jachtscènes, met jagers die zijn uitgerust met pijl-en-boog. Tussen abstracte en geometrische voorstellingen zijn veel dieren getekend, waarbij opvalt dat in de plaats van poten juist pootafdrukken zijn weergegeven. De datering van de tekeningen is niet eenvoudig, omdat de ouderdom alleen langs indirecte weg kan worden geschat. Met de toenemende leeftijd van de gegraveerde steen benadert de kleur weer die van het oorspronkelijke oppervlak. De snelheid van dit proces hangt af van het weer en andere factoren, die niemand precies kent voor Namibië. Tegenwoordig wordt aangenomen dat de gravures in zes verschillende periodes zijn vervaardigd, beginnend in 300 v.Chr. en eindigend kort na 1800. De gravures zijn zonder metalen werktuigen tot stand gekomen, vermoed wordt dat het gereedschap van de makers bestond uit kwarts, aangezien er veel kwartssplinters nabij de rotsen gevonden zijn. Vanuit deze rotsen gaan we eerst iets eten en drinken bij een super-de-luxe lodge. Twijfelfontein Country Lodge is tegen een bergwand gebouwd en heeft een heel mooi uitzicht over de vlakte. In de lodge lopen de gebouwen en rotsen soms door elkaar heen, zeer mooie combinatie. De trip gaat door naar de Organ Pipes, maar zoiets hebben we al in Ierland gezien, dus hier besteden wij niet zo veel aandacht aan. In de vallei zijn eveneens de zogenaamde Organ Pipes te vinden: een kloof waarin de natuur de stenen geformeerd heeft tot honderden rechtopstaande kolommen - zoals orgelpijpen - van doloriet in de meest fascinerende formaties. Iets verder ligt de Burnt Mountain (Verbrande berg). In feite moet u Burnt Mountain niet op het midden van de dag bekijken: de berg ziet er dan verbrand uit. Interessanter is het om te zien hoe de berg in brand staat. Daarvoor moet u in de vroege ochtenduren of late namiddag komen. Als we ook hier klaar zijn, hebben we nog 1 ding op onze lijst, maar het was al warm en het wordt alleen nog maar warmer…………. Als we bij Petrified Forrest aankomen, heeft niet iedereen nog zin. Het Petrified Forest (Versteende Woud) ligt op een zandstenen rif waarop 50 boomfossielen staan die naar schatting 260 miljoen jaar oud zijn. De bomen zien er soms nog levensecht uit. Het is niet duidelijk hoe de bomen hier terecht zijn gekomen. Omdat de wortels van de bomen echter ontbreken, zijn de bomen naar alle waarschijnlijkheid met een vloed vanuit het noorden aangevoerd. De bomen mogen fossielen zijn, rondom de bomen groeien diverse planten zoals welwitschia. Ook daarvan wordt aangenomen dat ze oud zijn, zelfs meer dan 1000 jaar. Het Woud is dagelijks te bezoeken tussen 08.00 en 17.00. Bij de ingang moet u entree betalen van circa 15 N$ per persoon. Er zijn schaduwrijke parkeerplaatsen en picknicktafels. Locale gidsen bieden aan u rond te leiden tegen een vergoeding. Het is strikt verboden ook maar iets mee te nemen. U vindt de ingang aan de C 39, circa 40 km westwaarts van Khorixas. We zijn aan verkoeling toe, als we ook hier klaar zijn. Deze vinden we in Igowati Lodge in Khorixas. Een zeer luxe lodge, maar wel met een muur er omheen voor de veiligheid. Er wordt ook verteld dat we beter binnen de omheining kunnen blijven, maar dat dat niet verplicht is. onze kamer is perfect en we hebben zelfs een verdieping met 2 extra bedden. Het zwembad is niet zo heel groot, zoals tot nu toe op alle resorts het geval was, maar het koelt wel goed af. In het begin moet je er even doorheen, maar dan is het heerlijk. Naast het zwembad is een afgeschermd gedeelte waar struisvogels en impala’s lopen. Da’s eens iets anders als hertjes en kippen, zoals bij ons. Bij het avond eten krijgen we wederom een optreden van diverse leden van de stam uit het dorp, waarna de dag al weer om is.

Woensdag, 12-10-2016. De dag begint om 6.30 uur. Na een ontbijtje met een veel te zacht gekookt eitje, gaan we weer op pad. De C39 is een onverharde hoofdweg, die vanaf de kust tot half in het land loopt. Wij stoppen bij Outjo om een uurtje te shoppen. Wij vinden het winkeltje “Image of Africa” en kopen daar enkele mooie T-shirts en nog enkele souvenirs. Rond de middag koersen we naar “Etosha National Park” voor onze 1e game drive. Het Nationaal Park Etosha in Namibië is een van de grootste natuurparken van zuidelijk Afrika. Al in 1907, na de oorlog tussen de Duitsers en de Herero's, werd het park gesticht. Etosha bestaat voor een groot deel uit een enorme zoutpan, omgeven door droog bushveld. Kenmerkend voor Etosha zijn de grote hoeveelheden wild die men kan 'spotten', olifanten, zebra's, leeuwen, verschillende soorten antilopen enz. Natuurlijke en kunstmatig aangelegde waterdrinkplaatsen helpen de wildpopulatie te overleven in de droge tijd. De grote toeristenstroom die jaarlijks Etosha aandoet levert een forse bijdrage aan het BNP van Namibië. Er zijn drie toeristenkampen in het park: Namutoni, Halali en Okaukuejo. Elk kamp heeft een winkel, accommodatie voor overnachtingen, kampeerplekken en verlichte drinkplaatsen waar 's avonds vanaf het camp-terrein wilde dieren kunnen worden bekeken. Oorspronkelijk werd de Etoshapan bewoond door de San. De laatst overgebleven Hai//om-San werden in 1954 door de Zuid-Afrikaanse machthebber uit het park verdreven. We rijden eerst naar een verzamelplaats, waar we overstappen in 4x4 voertuigen overstappen. Met een (te) jonge gids achter het stuur gaan we via Okaukuejo het park in. We zien veel wilde dieren, zoals een olifant die zich staat te wassen, een groepje giraffen die bij de poel op de Gemsbokvlakte staan te drinken. Voordat ze voorover buigen en hun kop naar het water steken, staan wij al 3 kwartier muisstil te wachten. Ze zijn zeer op hun hoede en vertrouwen helemaal niets. Je kunt zeker 3 kilometer in de rondte kijken, zonder dat je iets op de vlakte ziet. Een roofdier zou hier zeker van veraf opvallen. Ze steken dan ook allemaal tegelijk hun kop naar beneden, in plaats dat er 1 of 2 de wacht houden. Drie leeuwinnen die onder een weinig begroeid boompje nog wat in de schaduw proberen te dutten. Natuurlijk zien we ook dieren die we reeds gezien hadden, zoals spiesbok en steenbok. We rijden de hele middag zo rond met een temperatuur van 40 graden. Als de gidsen niks nieuws meer gevonden krijgen, loopt de middag ten einde. We worden naar “Vreugde Guest Farm” gebracht. Dit is wederom een oase in de dessert. Onze gastheer en gastvrouw doen er alles aan om ons te plezieren. Ze maken een kampvuur, wat helemaal niet hoeft, maar dit is voor hen een gebaar van gastvrijheid. Als we denken dat het begint te regenen, moeten ze wel lachen. Ze vertellen dat het na 10 druppels over is……………… en ze hebben gelijk………… Na een heel lekker diner, liggen we er vroeg in: 21.15 uur. Moe maar voldaan.

Donderdag, 13-10-2016 We staan vandaag op om 5.00 om naar Etosha te gaan. We beginnen bij Okaukuejo aan de waterpoel. Etosha National Park beschikt over tal van waterpoelen, met inbegrip van zowel natuurlijke bronnen en fonteinen en andere gevoed door de mens gemaakte boorgaten. Enkele van de kampen in het park bieden de unieke ervaring van verlichte waterpoelen om 's nachts-time te bekijken. Over het geheel genomen hebben deze verschillende waterholes de neiging om de beste kansen van het park te bieden voor zowel groot en klein wild te waarnemen, vooral tijdens de droge wintermaanden, wanneer er meer dieren uit de wildernis naar de rand van het water worden getrokken om te drinken. Echter, elke waterput heeft zijn eigen unieke persoonlijkheid en de dieren die op bepaalde drinkplaatsen kunnen / worden gespot kan variëren, zelfs van seizoen tot seizoen. Okaukuejo Waterhole ligt vlak naast het Okaukeujo rustkamp. Het is verlicht en trekt de zwarte neushoorn bijna elke nacht evenals talrijke olifanten, vooral tussen juni en december. Dit wordt door velen beschouwd als de beste plek in Afrika om de bedreigde en eenzame zachtaardige zwarte neushoorn te zien Als we bij de poel staan te kijken, is het nog niet echt druk. In de verte een giraffe, enkele impala’s en een olifant die zich staat te wassen. Dit is wel een fotogenieke, aangezien hij na het wassen zich zo opstelt, dat iedereen goede foto’s kan maken. Ook zet hij de voorpoten over elkaar heen en krult zijn slurf omhoog. Zeker weten dat dit een wild dier is met een heel groot ego. Dan rijden we weer de vlakte op. Onze chauffeur is dezelfde als gisteren. Na een onverstaanbaar gesprek tussen 2 gidsen, vinden we 15 kilometer verderop een leeuw slapend onder een boom. Het enige wat je hoort zijn de bewegingen van foto en video camera’s. Niemand wil dit tafereel ergens mee doen opschrikken. We rijden verder en zien in de verte een zwarte neushoorn enkele roofvogels en een konijn. Deze laatste is dan wel weer iets groter dan bij ons. Het vermoeden bestaat dat ze allemaal naar Okondeka zijn gegaan. Wij koersen dus ook die richting in. Okondeka is een van de beste voor leeuw waarnemingen en de roofdieren kunnen hier vaak worden gevonden met een “kill”. Oftewel een prooi wat zojuist is veroverd. Deze waterput is een natuurlijke bron en is direct gelegen aan de westelijke rand van de zout pan, enkele kilometers van Okaukuejo. We kijken hier over de enorme Etosha Pan vlakte. Voor on strekt zich een schouwspel af, wat je normaal gesproken alleen maar op televisie ziet. Er lopen hier duizenden dieren rond en door elkaar, om gebruik te maken van deze waterpoel. We zien zelfs een leeuw die geen interesse heef in al die lekkernijen. Hij heeft zojuist gegeten en wil nu rusten. Enkel meters verder ligt een half aangevreten prooi. Ongelooflijk gewoon hoe de natuur dit samenspel heeft georganiseerd. Impalas, Gnoe’s (wildebeesten), spiesbokken, giraffen, zebra’s, struisvogels, kudu’s, zo ontzettend veel. Het rare is dat ze wel veel onderling vechten, maar niet met een andere soort. We aanschouwen dit een half uurtje en rijden enkele keren op en neer voor een andere fotogenieke hoek, waarna we toch weer terug gaan naar Okaukuejo voor het middag eten. Alle toeristen komen hier samen en het is dan ook een drukte van belang. Sil gaat in de rij van de kiosk staan, dan kan ik ondertussen een baantje in het zwembad trekken. Als ik hier uit kom, staat ze nog steeds op dezelfde plaats. Organisatie in Afrika is echt wel een probleem. In het restaurant is het niet veel beter, maar we hebben uiteindelijk onze maag gevuld en kunnen nog een beetje afkoelen in het zwembad. ’s Middags heeft onze gids er niet zo veel zin meer in. We zien nog wel diverse wilde dieren, zoals een kudde mannetjes olifanten, giraffen, nog een neushoorn en een uil. Als we tenslotte om half 5 terug zijn bij de poort moeten we alsnog wachten op de laatste auto. deze gids had meer animo en is behoorlijk ver weg gereden. We rijden terug naar onze lodge voor een perfect diner. De lange dag en de temperatuur van 41 graden hebben ons behoorlijk afgemat en we liggen er dan ook vroeg in.

Vrijdag, 14-10-2016. Om 7 uur zijn we klaar met slapen en gaan we na een goed ontbijt terug naar Outjo voor een goede kop koffie en souvenirs. Iedereen krijgen een uurtje en wij slenteren wat door de straten. Voor onze lunch rijden we door naar Otavi. Bij de benzinepomp is een restaurant, waar we achter in de tuin een plekje weten te vinden. We worden als eerste geholpen, maar als bijna iedereen kaar is, hebben wij nog niets gehad. Dit is ieder geval niet wie het eerst komt, wie het eerst maalt. Onze chauffeur wordt boos en laat op z’n Afrikaans weten dat hij het er niet mee eens is. Als we allemaal weer in de bus zitten, gaan we op weg nar Groot-Fontein. Op Roy’s Camp verblijven we deze nacht. Het lijkt wel de Efteling. De zelfgebouwde huisjes komen zo uit een Trollen verhaal. Het enigste echte huisje wat een gewone bungalow is, krijgen wij. Jammer als we dit net te horen krijgen, maar we zijn blijkbaar de enig met airco, dus we zien het heel gauw door de vingers. Het is weer erg heet en als de spullen op z’n plaats staan, spoeden we ons naar het zwembad. Gelukkig is deze groter als die van de vorige, aangezien de meest er zo over dachten. Na het relaxen, gaan we eten en dit is weer erg lekker. Het kampvuur gaat aan en we nestelen er ons omheen. De oudere generatie beginnen liedjes te zingen, waar de jonge niet eens van gehoord hebben. op het terrein is ook een camping gedeelte en daar wandelen we ook nog naar toe. We raken aan de praat en nemen een pintje. Ook hier hebben ze en kampvuur gemaakt en dat maakt het erg gezellig. Misschien dat ze dit ook doen voor de wilde dieren, ze slapen namelijk op een stretch bed in de open natuur. Erg avontuurlijk, maar wij zijn blij met de manier zoals wij het doen.

Vrijdag, 15-10-2016. Om 6.00 uur zitten we aan de weterpoel dieren te spotten. Helaas blijft het bij 3 steenbokjes en diverse vogels. Om 9 uur gaat de bus met toeristen richting Rundu. De B8 is een lange rechte weg en dat schiet wel goed op. Omdat de afstand niet zo heel groot is, kunnen we onderweg veel stoppen op verzoek van iemand die iets interessants ziet. Zo kunnen we goed van de cultuur proeven. Een herder met een kudde koeien krijgt een bezoek en na foto’s genomen te hebben rijden we verder, een zak met eten achterlatend. Ook spotten we een ossenkar met enkele kinderen er op. Ook zij zijn blij met het eten wat ze rijker zijn geworden. Een kraampje langs de weg wordt bezocht en het hele aangrenzende dorpje komt naar ons toe. Natuurlijk worden er hier weer foto’s gemaakt en moet daar dan voor betaald worden. Wij willen op de foto met een jong meisje, maar alle kinderen sluiten zich hierbij aan. Als ik ze probeer te betalen, wordt het briefgeld door duizenden grijpende kinderhandjes beetgepakt. Er wordt getrokken en geduwd en de vriendelijke gezichtjes zijn ineens veranderd. De situatie is ineens veranderd in een onplezierig moment en we gaan vlug terug de bus in, op de voet gevolgd door de hele meute. Als we de deuren hebben gesloten en de wielen weer draaien, realiseren we ons dat we zojuist een hele wijze les hebben gehad. Als er teveel mensen op de been zijn, niet met geld zwaaien. We rijden verder langs de armste straat van Namibië en komen in Rundu, wat maar enkele kilometers verder is. Je merkt hier helemaal niets van de armoede iets verderop. We gaan wat boodschappen doen en daarna door naar een buitenwijk, waar Nkwazi Lodge is. Ook hier is het een prachtige locatie, gelegen aan de Okavango rivier. De Okavango is een rivier in zuidelijk Afrika. De bron ligt in Angola waar de rivier de Cubango wordt genoemd. Verder naar het zuiden vormt de rivier tot aan de Caprivistrip de grens tussen Angola en Namibië. Na de pittoreske Popa Falls stroomt de Okavango Botswana binnen en mondt ze uit in de grootste inlandse delta ter wereld. De Okavangodelta eindigt in de Kalahariwoestijn. In Namibië bestaat een plan om zoet water uit de Okavango op te vangen en voor consumptie naar het droge midden van het land te vervoeren. Volgens een ander plan wil men een dam bij Popa Falls aanleggen en elektriciteit opwekken. Botswana is een fel tegenstander van beide plannen die grote ecologische gevolgen kunnen hebben voor de Okavango-delta. Nadat de koffers zijn weggebracht gaan we meteen naar het zwembad, wat al goed gevuld is. na een uurtje afgekoeld te hebben, is onze gids gearriveerd voor onze wandeltocht naar een plaatselijk dorpje. Het is zeker geen dorp zoals wij dat kennen. Er staan 10 lemen hutten en in het midden een hele grote boom voor beschutting tegen de zon. Tegen een schutting liggen enkele varkens te knorren en er staan 2 kinderen zaden fijn te stampen in een pot. De armoede is duidelijk zichtbaar en een man vertelt ons hoe ze aan eten komen. Een stuk verder staan er weer een groepje hutten en er is daar zelfs een cafe. Er kom een stel naar buiten gelopen als ze zien dat wij er uitleg krijgen. Ze zijn beide erg dronken en beginnen tegen ons te praten. Ze willen laten zien hoe je met een mand op je hoofd de heel dag rondloopt. Normaal zal dit niet zo’n probleem opleveren, maar nu gaat het toch iets minder goed. Zo komen we ook bij een out die geschonken is door een instantie voor goede doelen. Toch gaan de mensen nog steeds naar de rivier met de risico’s voor krokodillen en nijlpaarden. Of het onhygiënische water waar iedereen zijn ontlasting in doet en zich ook wast. Ze vertrouwen de blanken niet. Misschien wel terecht als je de geschiedenisboeken nog eens goed doorleest. Tegen het einde van de rondleiding zien we de ondergaande zon in Angola, terwijl de vrouwen hun was staan te doen in de rivier en een drietal kleine kinderen water haalt met een grote kan, die op een slee staat, voortgetrokken door een os. Op ons eindpunt krijgen we het avond eten voor geschoteld en een optreden van de plaatselijke dorpelingen. Als we later in onze riante hutten liggen, beseffen we nogmaals hoe goed we het eigenlijk hebben……………….

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Rob en Sil

Wij zijn een reislustig stel dat sinds onze relatie in 1995 begon, al vele mooie plaatsen hebben bezocht. Voordat we een reis plannen lezen we zelf ook veel reisverslagen van anderen om ideeën op te doen. Hopelijk zijn er door onze verhalen ook mensen die op leuke, interessante en mooie plaatsen komen.

Actief sinds 11 April 2016
Verslag gelezen: 1290
Totaal aantal bezoekers 175201

Voorgaande reizen:

22 December 2023 - 28 December 2023

Athene, Griekenland

01 September 2023 - 10 September 2023

Achterhoek, Friesland, Drenthe

10 Juni 2023 - 01 Juli 2023

2023, Duitsland

24 Juni 2022 - 23 Juli 2022

2022, Italië

17 September 2021 - 03 Oktober 2021

2021, Frankrijk, naar de Champagne

18 Juni 2021 - 03 Juli 2021

2021, Nederland

26 December 2020 - 02 Januari 2021

2020, Ameland

13 Juni 2020 - 03 Juli 2020

2020, Nederland

20 September 2019 - 23 September 2019

2019, Een lang weekend naar Kent

26 Juli 2019 - 29 Juli 2019

2019,Frankrijk; een weekend in de wolken

14 Juni 2019 - 05 Juli 2019

2019, Kroatië + Bosnië - Herzegovina

11 Mei 2019 - 18 Mei 2019

2019, Azoren

12 Oktober 2018 - 15 Oktober 2018

2018, Dublin; Ierland

09 Juni 2018 - 04 Juli 2018

2018, IJsland

16 Februari 2018 - 21 Februari 2018

2018. Rovaniemi; Finland

26 December 2017 - 31 December 2017

2017, Bad Kreuznach; Duitsland, Rijnland-Palts

10 Juni 2017 - 02 Juli 2017

2017, Frankrijk

12 September 2010 - 19 November 2016

2010, Mallorca

29 September 2016 - 22 Oktober 2016

2016, Afrika

13 Februari 2016 - 20 Februari 2016

2016, Kaap-Verdië

27 Juni 2015 - 16 Juli 2015

2015, Wales

27 Februari 2015 - 01 Februari 2015

2015, Brussel

21 Juni 2014 - 11 Juni 2014

2014, Hongarije

22 Juni 2013 - 11 Juli 2013

2013, Polen

29 November 2012 - 06 December 2012

2012, Egypte

09 Juni 2012 - 05 Juli 2012

2012, Iberisch Schiereiland

17 Mei 2012 - 20 Mei 2012

2012, Engeland

17 September 2011 - 08 Oktober 2011

2011, Canada

24 Juli 2010 - 08 Augustus 2010

2010, Zwitserland

12 Juni 2010 - 19 Juni 2010

2010, Wenen

13 Juni 2009 - 05 Juli 2009

2009, Lapland, Noorwegen en Zweden

20 Februari 2009 - 25 Februari 2009

2009, Londen

20 December 2008 - 28 December 2008

2008, Berlijn

11 Januari 2008 - 16 Augustus 2008

2008, met een luchtballon over Tirol

21 Juni 2008 - 10 Juli 2008

2008, Corsica

12 Augustus 2007 - 27 Augustus 2007

2007, Normandië

02 Juli 2006 - 19 Juli 2006

2006, Kroatië

16 Juli 2005 - 06 Augustus 2005

2005, Ierland - Scotland

20 Mei 2004 - 23 Mei 2004

Texel, 2000, 2004 en 2018

01 Augustus 2003 - 18 Augustus 2003

2003, USA Sturgis

26 Juli 2002 - 17 Augustus 2002

2002, USA

14 Juli 2001 - 03 Augustus 2001

2001, rondje Europa

08 Juli 2000 - 27 Juli 2000

2000, Noorwegen

28 Januari 2000 - 01 Februari 2000

2000, Praag Tsjechië

10 Juli 1999 - 31 Juli 1999

1999, Frankrijk - Spanje

09 Augustus 1998 - 25 Augustus 1998

1998, Oostenrijk - Italië

09 Augustus 1997 - 25 Augustus 1997

1997, Schotland

09 Juli 1996 - 24 Juli 1996

1996, Frankrijk - Spanje - Luxemburg

22 December 1995 - 25 December 1995

1995, Parijs met kerst

15 Juli 1995 - 25 Juli 1995

1995, Denemarken

Landen bezocht: